Inventaris

Heuvelgem (Zwalm)
Om de stabiliteit van het talud te verzekeren werd er een houtkant aangelegd. De houtkant is samengesteld uit meidoorn, es, vlier en olm. De houtkant wordt als hakhout beheerd. Naast het belang van de houtkant als versteviger van het talud was hij tevens nuttig als leverancier van brand-, gerief- en constructiehout.

Heuvelgem 23 (Zwalm)
Het erf bij de hoeve Heuvelgem 23 situeert zich hoog, net achter het steile talud dat zich langs de straat bevind. Om de stabiliteit van het talud te verzekeren werd er een houtkant aangelegd. De houtkant is samengesteld uit linde, haagbeuk, meidoorn, es, eik, vlier en olm. Ze worden als hakhout beheerd, verschillende zijn uitgegroeid tot boom en worden geknot. Er zijn ook aanplantingen van laurierkers en dwergcypres. Naast het belang van de houtkant als versteviger van het talud werd hij tevens nuttig als leverancier van brand-, gerief- en constructiehout.

Hundelgemsebaan 74 (Zwalm)
Een lang uitgerekt perceel, aansluitend bij de woning Hundelgemsebaan 74, is als hoogstamboomgaard in gebruik en werd op traditionele wijze afgezet met een afsluitingshaag. Het is een scheerhaag waarvan het achterste deel, aansluitend bij de landbouwweg, in meidoorn en met zéér dichte plantafstanden is uitgevoerd. De twee flanken van de boomgaard zijn in een haagbeukenhaag uitgevoerd. De scheerhoogte is rondom op 150 cm uitgevoerd.

Kasteeldreef, Paulatemstraat (Zwalm)
In het kasteeldomein van Beerlegem bij een recent bebost weiland staat langs de Paulatemstraat een weerhaag, ooit dienstig als veekering. Deze voorloper van de prikkeldraadafsluiting bestaat hier nog op originele scheerhoogte. De veekeringen werden vroeger ondoordringbaar gemaakt door ze aan te planten met dichte plantafstanden, door ze regelmatig te verjongen, door inboet en snoei. Om het gat in de haag te dichten werden bepaalde vlechttechnieken toegepast en werden beschikbare takken in de haag gevlochten.

Kerkstraat (Zwalm)
Een gemengde afsluitingshaag bij een moestuin, in oorsprong bestaande uit deels meidoorn en deels taxus met inboet van haagliguster en haagbeuk en natuurlijke bijmenging van esdoorn, es en hulst. Het betreft een scheerhaag die met uitzondering van es geschoren wordt op scheerhoogte. De doorgeschoten essentakken worden hier geoogst vermoedelijk voor geriefhout zoals: bomenstaken of schopstelen.

Kerkstraat (Zwalm)
De hoogstamweideboomgaard is voorzien van een weerhaag, ooit dienstig als veekering. Deze voorloper van de prikkeldraadafsluitingen bestaat hier nog op originele scheerhoogte. De veekeringen werden vroeger ondoordringbaar gemaakt door ze aan te planten met dichte plantafstanden, door ze regelmatig te verjongen door inboet en snoei. Om het gat in de haag te dichten werden bepaalde vlechttechnieken toegepast en werden beschikbare takken in de haag gevlochten.

Kortendries (Zwalm)
In de rand van een weiland langs de Kortendries staat een op stam gezette meidoorn. Hij is uitgegroeid tot een klein boompje met een stamomtrek van 120 cm en een totale hoogte van 10. Deze traditionele beheersvorm was vooral bedoeld voor het aanmaken van rechte stammetjes voor bepaalde toepassingen als gerief- of constructiehout.

Latemdreef 16 (Zwalm)
Het erf is minstens voor de helft nog afgesloten met een scheerhaag van meidoorn. De doornige afsluiting was bedoeld om indringing te voorkomen en werd om die reden potdicht gemaakt door het in elkaar vlechten van de haagplanten en door de gaten te dichten met beschikbare takken en dergelijke. Door haar lengte, circa 135 meter is dit landschapselement een representatief voorbeeld. De scheerhoogte daarentegen wijkt af van de traditionele hoogte van 120 – 150 cm.

Ommegangstraat (Zwalm)
Een flink uit de kluiten gewassen eensteilige meidoorn staat in de rand van de ommegangstraat op een wegtalud. Deze eenzame struik is vermoedelijk een restant uit een houtkant.

Paulatemstraat 5 (Zwalm)
Een gemengde erfafsluitingshaag, in oorsprong bestaande uit meidoorn verrijkt met al dan niet natuurlijke aanrijking van haagbeuk, beuk, liguster, eik en olm. Het betreft hier een zéér oude scheerhaag bedoeld om indringing te voorkomen en om te verhinderen dat de dieren, met name het kleinvee, van op het erf zouden uitbreken.