Resultaten erfgoedobjecten

< Ga naar zoekformulier

Resultaten erfgoedobjecten

22 resultaten


ID: 135024 | Landschappelijk geheel

Het Moer bij Eikevliet en de Grote Kouter

Bornem, Hingene (Bornem), Puurs (Puurs-Sint-Amands)
Het Moer, gelegen tussen de dorpskernen van Bornem, Hingene, Wintham, Eikevliet en Puurs, betreft een centraal gelegen vochtig bos- en moerasgebied, omgeven door kleinschalig cultuurland. De noordelijk gelegen open kouter van Hingene, eertijds een landbouwgebied, is nog mooi gerelateerd aan het lager gelegen moer met een opvallende steilrand als overgang. Het landschap is afwisselend gesloten (hoogstammige bossen, broekbossen, e.d.) en open (weilanden, moerassen, vijvers, e.d.) gebieden, doorweven met lineaire en puntvormige landschapselementen. De ruimtelijke structuur, het centrale afwateringsnetwerk, het wegenpatroon en de perceelsstructuur is de afgelopen 300 jaar vrijwel identiek en gaaf gebleven.


ID: 135337 | Landschappelijk geheel

Valleien van Itterbeek en Eetsevelderbeek van Gruitrode tot Opitter

Bree, Opitter (Bree), Gruitrode, Neerglabbeek (Oudsbergen)
De Itter en haar zijbeken sneden smalle valleien uit in het Kempens Plateau. Landschappelijk vormt de Itterbeek ook de overgang tussen het landbouwgerichte noordwesten en de Solterheide ten zuidoosten. Hoewel de oorspronkelijke heide daar is verdrongen door naaldbossen en akkers, worden in wegbermen, kapvlakten of brandgangen toch heiderelicten teruggevonden. Noordwestelijk, op de Nijsenberg en de Steenberg, voeren velden en weiden de boventoon, waartussen verspreide hoeves staan en loofbosjes voorkomen. In Opitter lagen niet minder dan vier watermolens. Vlakbij ligt nog het park Itterdal, in landschappelijke stijl, met merkwaardige boomsoorten, een vijvercomplex en vele bloemrijke delen. Guitrode kent ook een gave dorpskern met onder andere de Sint-Gertrudiskerk en een commanderij van de Duitse Orde.


ID: 135188 | Landschappelijk geheel

Vallei van de Zeverenbeek

Deinze, Grammene, Vinkt, Zeveren (Deinze)
De vallei van de Zeverenbeek behoort tot het stroomgebied van de Leie. De broeken bestaan uit natte broekbossen, wei- en hooilanden op een venige bodem. Een fossiele meander in het oosten maakt deel uit van het Leieriviersysteem. Aan de rand van de vallei bevinden zich hoeves. De kleinschalige kern van Zeveren sluit aan bij de vallei.


ID: 135043 | Landschappelijk geheel

Zammelsbroek en Trichelbroek

Geel (Geel), Eindhout, Varendonk, Veerle (Laakdal)
Deze gebied betreft een mooi gesloten valleilandschap, bepaald door de sterk meanderende loop van de Grote Nete in het noorden (Zammels Broek) en de Laak in het zuiden (Trichelbroek), met een landduin tussen beiden. De reliëf- en vochtgradiënt tussen de landduin en lager gelegen alluviale vlakten zorgt voor een gevarieerde vegetatie. De alluviale gronden langsheen de Grote Nete worden van oudsher gebruikt als graasland voor het vee en als hooiland in de zomer en zijn opgedeeld in langgerekte percelen. Het Trichelbroek wordt gekenmerkt door een kleinschalig agrarisch landschap rijk aan hagen en houtkanten. De aanwezigheid van een aantal oudere hoeves, waardevol klein bouwkundig erfgoed en talrijke kleine landschapselementen vervolledigen het landelijk karakter van dit gebied.


ID: 135371 | Landschappelijk geheel

De Zegge

Geel (Geel)
Dit gebied is gelegen in de zeer brede alluviale vlakte van de kleine Nete en bestaat uit twee grote delen. Het noordelijk deel, natuurreservaat 'de Zegge’, is het enige restant van het ‘Geels Gebroekt’, een laagveengebied van meer dan 500 ha bestaande uit trilveen, rietvelden, hooilandjes, elzenbroekbossen en open kuilen ten gevolge van turf- en moerasijzerertswinning. Het gebied herbergt een rijke, vaak zeldzame, fauna en flora. Het waterpeil is hier enorm belangrijk en wordt nu geregeld door stuwen en pompen. Het zuidelijk deel van de ankerplaats bestaat uit een kleinschalig schaars bebouwd landbouwlandschap waar houtkanten, bomenrijen, kronkelige paden en typische kleine Kempense hoeves het beeld bepalen.


ID: 300181 | Landschappelijk geheel

De Grote Nete en het paraboolduincomplex tussen Meerhout en Geel

Geel (Geel), Meerhout (Meerhout), Mol (Mol)
“De Grote Nete en het paraboolduinencomplex tussen Meerhout en Geel” is gelegen in de Antwerpse Kempen op het grensgebied tussen de gemeentes Meerhout, Geel en Mol. Het landschapsbeeld dat we hier vandaag waarnemen, weerspiegelt verschillende tijdlagen en het diverse gebruik van het gebied door de mens. Momenteel is het een zeer afwisselend landschap: een uitgestrekt akkercomplex bij Bel, beboste duinen, waterplassen en moerassen, 19de-eeuwse rechtlijnige heideontginningen, de beekvallei van de Grote Nete, de vele houtkanten tussen de weilanden en de akkers, onverharde wegen, ... Vele structuren, patronen en elementen verwijzen naar het historische bodemgebruik. De grote afwisseling in landschapsbeelden maakt dit landschap esthetisch aantrekkelijk.


ID: 302717 | Landschappelijk element

Vallei van de Dorpsbeek

Europalaan, Hoogzij, Waterstraat (Genk)
De vallei van de Dorpsbeek vormt een vrijwel gaaf bewaard, permanent nat Kempens beekdal met een op sommige plaatsen tot 2 meter dikke veenlaag en kwelwater afkomstig van de hoger gelegen zandige infiltratiegebieden.


ID: 135360 | Landschappelijk geheel

Vallei van de Mark en kasteel van Hoogstraten

Hoogstraten, Minderhout, Wortel (Hoogstraten)
Het grootste deel van de structuur van dit gebied gaat zeker terug tot eind 18de eeuw. Het gaat daarbij om het Kasteel van Hoogstraten, de site met omwalling van ’t Withof, een aantal dreven en de loop van de Mark met lager gelegen valleigronden. Het is deze relatief sterk meanderende loop van de Mark met bijhorende vallei die voor een groot deel de wetenschappelijke en ook ruimtelijk structurerende waarde van het gebied vertegenwoordigt. Als geheel kan het landschap, zoals we het nu kunnen waarnemen, worden gekarakteriseerd als een compartimentenlandschap van afwisselend open landbouwgronden en gesloten bospercelen, met oude dreven en bomenrijen.


ID: 135300 | Landschappelijk geheel

Vijverbroek

Kessenich (Kinrooi)
Geografisch strekt het Vijverbroek zich uit op de vlakke dalbodem van de Maas waarin men het laagterras en, enkele meters lager, de alluviale vlakte kan onderscheiden. In het Vijverbroek komt een zeldzaam voorbeeld van een gaaf bewaarde verlande Maasmeander voor. De hoogst gelegen gronden in de omgeving van het Stokbroekhof zijn in gebruik als weide of akkerland. De Raam- en de Itterbeek vormen de overgang naar de verlaten maasmeander. In deze depressie komt een uitgestrekt hoefijzervormig veengebied met drijftillen voor, waarop zich één van de grootste en meest intakte grondwaterafhankelijke elzenbroekbossen en wilgenstruwelen met diverse trofiegradienten ontwikkelde. Onmiddellijk ten oosten van Kessenich bevindt zich een castrale motte aan het uiteinde van een kunstmatig opgehoogd voorhof, de Berg genoemd. Op de voorburcht staat de St.-Martinuskerk.


ID: 300255 | Landschappelijk geheel

Steilrand van het Kempisch Plateau van de Kikbeek tot de Asbeek

Lanaken, Rekem (Lanaken), Opgrimbie (Maasmechelen)
De steilrand van het Kempisch Plateau doorsnijdt het gebied en overbrugt een hoogteverschil van 40m. Verschillende beken dwarsen het talud en creëren een grillig patroon. De beekvalleien worden gekenmerkt door alluviale elzenbossen en venige broekbosjes en relicten van viskweekvijvers en watermolens. In de aanwezige bosbestanden is de fase van planmatige bosaanleg nog duidelijk herkenbaar aan het dambordpatroon van paden en brandgangen. Zowel in de heide als in de naaldhoutaanplanten komen enclaves wintereik voor onder de vorm van hakhout, beperkte struwelen, houtwallen en afzonderlijke stoven. Het Pietersembos was jacht- en productiebos van de heren van Pietersheim. Vlakbij ligt het middeleeuwse burchteiland met ruïnes en restanten van drie slotgrachten. In de uitgestrekte naaldbossen werden in de 20ste eeuw dankzij hun groene karakter preventoria en sanatoria opgericht.