Tijdens dit onderzoek werden veertien parallelle noordwest-zuidoost georiënteerde sleuven uitgegraven van ca. 2m breed. De onderlinge afstand bedraagt maximaal 15m van middelpunt tot middelpunt. Eveneens zijn twee kijkvensters aangelegd. Een eerste klein kijkvenster werd uitgegraven in het zuiden van sleuf 1. Het tweede kijkvenster is aangehecht bij sleuf 4. Via de beschreven methodiek werd in totaal 1589m² verdiept tot op het archeologisch relevante niveau (waaronder 92m² kijkvensters). Dit betekent dat zo’n 11% van het terrein archeologisch werd getoetst (inclusief kijkvensters). Om de bodemopbouw van het plangebied te leren kennen zijn 11 bodemprofielen opgekuist en geregistreerd. Deze bevinden zich verspreid over het plangebied. Het oostelijke deel van het plangebied bleek grotendeels verstoord en verontreinigd. In het westelijke deel was de bodemopbouw beter bewaard. Het is ook daar dat de meeste archeologische sporen zich manifesteerden, met een belangrijke centraal gelegen cluster van laatmiddeleeuwse sporen (paalsporen, greppels en grachten).
Bron: MESTDAGH B. & BARTHOLOMIEUX B. 2020: Nota. Verslag van resultaten proefsleuvenonderzoek Geel Hezeschrans (prov. Antwerpen), Ingelmunster. Auteurs: Bartholomieux, Bart Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)