Het positieve proefsleuvenonderzoek naar aanleiding van een woonverkaveling leidde tot een vlakdekkende opgraving waarbij een volmiddeleeuwse bewoningsfase werd geregistreerd. Het onderzoeksterrein werd opgedeeld in drie werkputten. Door middel van een vlakgraving werd een totale oppervlakte opengelegd van 3.930 m². Dit is 94,11% van de te onderzoeken zone. ER werd slechts een beperkte hoeveelheid vondsten verzameld. Uit de houtskoolstalen uit de paalsporen werd uit elke plattegrond 1 staal geselecteerd voor een 14C-datering. Uit de greppel die als erfafbakening geïnterpreteerd werd, werden pollenstalen genomen die echter niet verder geanalyseerd werden. Er werden 15 bodemprofielen geregistreerd (Aap-Aa-A/C-C-horizont). In totaal werden 270 sporen geregistreerd waarvan er 55 natuurlijk bleken nadat ze gecoupeerd waren. De antropogene sporen omvatten paalsporen, kuilen, greppels, een oud wegtracé en verstoringen. De sporen komen verspreid voor over het terrein, maar zijn meer geconcentreerd in de westelijke zone.
Bron: COREMANS L. 2020: Eindverslag archeologische opgraving Poederlee (Lille) - Lichtaartsesteenweg, Rapporten All-Archeo bvba 816, Bornem. Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: All-Archeo bv