Naar aanleiding van een nieuwbouwproject en een positief proefsleuvenonderzoek werd een vlakdekkende opgraving uitgevoerd die een meerperiodensite aan het licht bracht. Het terrein (3620m²) werd opgedeeld in 3 werkputten. Het meest zuidelijke deel van WP3 kon door de aanwezigheid van bomen niet worden aangelegd over een oppervlakte van 126 m2. Verspreid over het onderzoeksgebied werden in totaal 19 profielkolommen aangelegd en geregistreerd. In de zuidelijke zone bevond zich onder de plaggenbodem onmiddellijk de C-horizont. In de nattere noordelijke zone was nog een Bsh-horizont bewaard. Er werd tijdens het terreinwerk geen selectie uitgevoerd ten aanzien van de vondsten. Alle aangetroffen vondsten werden ingezameld en geregistreerd. Bij de opgraving werden 107 culturele vondsten ingezameld die in totaal 158 items omvatten, met name 130 scherven in aardewerk, 15 fragmenten bouwkeramiek, 6 in metaal en 7 van de categorie steen. Er werden 298 sporen geregistreerd die behoren tot 248 spoorcomplexen. Daarvan behoren 109 sporen tot geïdentificeerde structuren uit de ijzertijd. Van de structuren werden meerdere monsters voor 14C-datering genomen omdat een reeks dateringen een betere kans biedt op een goede interpretatie van de gegevens. In de natte contexten waarin microscopische organische resten kunnen bewaard zijn, werden pollenstalen genomen met het oog op de reconstructie van het landschap en werd alles in het werk gesteld om ook stalen in te zamelen die tot een datering kunnen leiden van de bemonsterde context. De voor analyse geselecteerde stalen werden in eerste instantie onderworpen aan een waardering. Van de stalen werden 8 houtskoolstalen geschikt bevonden voor 14 C datering. Om oud-hout-effect zo beperkt mogelijk te houden werd vooral takhout geslecteerd en voor de gebruikslaag van de poel 1-jarig plantaardig materiaal. Van de middeleeuwse site zijn de stalen van drenkpoel (WA28) en gracht (GR24) geschikt bevonden om palynologisch onderzocht te worden. Aanvullend werd de drenkpoel onderzocht op botanische macroresten. De botresten uit het geïsoleerd beenderdepot CR185 werden gewaardeerd door het CRUMBEL-team en het menselijk bot werd gedateerd met 14C-datering.
Bron: DE BEENHOUWER J. & ARCKENS M. 2020: Boerderijen uit de ijzertijd en middeleeuwse landname. Eindverslag van een opgraving in Geel Groenhuis, Fodio Folio 59, Wijnegem. Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Fodio bvba