Het vooronderzoek bestond uit landschappelijk en verkennend booronderzoek, gevolgd door een proefsleuvenonderzoek. Het landschappelijk booronderzoek bestond uit vier boringen. Gezien hieruit bleek dat er potentieel was voor de aanwezigheid van een steentijdsite werden vervolgens 24 verkennende boringen uitgevoerd.
Het proefsleuvenonderzoek bestond uit drie proefsleuven en waren georiënteerd van noordoost naar zuidwest. Ze werden uitgebreid met twee kijkvensters. Het vlak werd op een diepte van ca. 25cm aangelegd.
Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: ARON bvba