Er werd geopteerd voor een gefaseerd vervolgonderzoek, bestaande uit een preventieve opgraving en een werfbegeleiding. Fase 1 betrof de opgraving van 3 putten, die onmiddellijk na de (lokale) opbraak van de straat en voorafgaandelijk aan de effectieve rioleringswerken aangelegd en onderzocht werden. Fase 2 was een werfbegeleiding van het rioleringstracé.
De putten werden trapsgewijs aangelegd tot op de maximale veilige diepte. Om een inzicht te verkrijgen in de bodemopbouw werden tijdens fase 1 12 profielen gedocumenteerd. De stratigrafische gegevens werden aangevuld d.m.v. handmatige boringen. In totaal werden tijdens fase 1 5 boringen uitgevoerd. Vondsten en monsters werden zo goed mogelijk stratigrafisch geregistreerd. Om zoveel mogelijk hinder te vermijden werd elke afgewerkte put gedicht, vooraleer de volgende aangelegd werd.
Tijdens fase 2 werden binnen 12 werkputten bijkomende waarnemingen gedaan. Tijdens de werfbegeleiding bleek het -vanwege het vele puin in de onderste vullingspakketten- onmogelijk om op geregelde afstand diepere boringen uit te voeren.
Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Ruben Willaert nv
Nieuwstraat (Veurne) Archeologisch onderzoek op deze locatie heeft geleid tot een kenniswinst m.b.t. de recente geschiedenis van de Colme en bij uitbreiding van de stad Veurne op het einde van de 17de-1ste helft 18de eeuw.