Tijdens het landschappelijk booronderzoek werden 15 manuele landschappelijke boringen werden geplaatst door middel van een edelmanboor met diameter 7 centimeter. m in een regelmatig verspringend driehoeksgrid van 25 bij 20 m (d.i. 25 m tussen de boringen binnen één raai en 20 m tussen de raaien). Bij het zetten van de punten is rekening gehouden met een buffer rondom de vijver. In alle boringen is een A/C bodemprofiel vastgesteld, zij het in verschillende varianten. Anders dan voorzien in de opgestelde archeologienota zijn 8 korte proefsleuven uitgezet tussen de te behouden boompartijen. Bij het zetten van de proefsleuven werd rekening gehouden met een bufferafstand tot de aanwezige gracht en vijver. Verder werden nog twee kijkvensters aangelegd verspreid over het onderzoeksgebied. In totaal werd zo’n 385 m² van het terrein onderzocht. In totaal zijn 8 bodemprofielen geregistreerd. Deze toonden een de aanwezigheid van een ophogingslaag (tot 116cm dik) verspreid over het gebied. In 2 profielen werd nog een deel van een E- en een B-horizont aangetroffen. Er werden slechts 8 sporen aangetroffen: 2 perceelsgreppels, 3 recente sporen en 3 natuurlijke sporen. Er is slechts 1 vondstensemble afkomstig uit een ophogingspakket te melden. Er gebeurde geen staalname.
Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: ABO NV
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Archeologisch vooronderzoek Eksterlaan 25 [online], https://id.erfgoed.net/gebeurtenissen/1073196 (geraadpleegd op ).