Het veldwerk voor het landschappelijk bodemonderzoek omvatte in totaal 49 boringen, die verspreid lagen over 9 transecten.
De advieszone voor het verkennend archeologisch booronderzoek (VAB) met een totale oppervlakte van 20.86 ha is afgebakend op basis van de zones waar een paleobodem werd vastgesteld bij het landschappelijk bodemonderzoek. Hierbij werd tevens centraal in het oosten een moeraszone afgebakend met een totale oppervlakte van 1.39 ha. De oppervlakte van de groenzones binnen de zone voor het verkennend onderzoek bedraagt 2.1 ha. Deze werden beide niet onderzocht. Aldus komt de totale te onderzoeken oppervlakte op 17.36 ha voor het verkennend booronderzoek.
In totaal werd op 1364 locaties machinaal geboord. Alle boringen bevonden zich in een verspringend gelijkbenig driehoeksgrid van 10 x 12 m. Hierbij dient bemerkt te worden dat een aantal boorpunten over een korte afstand van minder dan 1 m werden verplaatst door de aanwezigheid van een obstakel (vb. gracht, boom, onstabiele ondergrond,...).
In totaal werden 64 waarderende boringen gepland voor de uitvoering in een verspringend gelijkbenig driehoeksgrid van 5 x 6 m. Hiervan konden 61 boringen worden uitgevoerd in twee van elkaar gescheiden zones met elk een oppervlakte van 30 x 30 m. In de noordelijke zone konden 3 boringen niet worden uitgevoerd door de aanwezigheid van enkele greppels en bomen.
Concreet ging het bij het proefputtenonderzoek om twee proefputten van 1 m² (i.e. telkenmale één proefput die aangelegd werd boven elk positief boorpunt) die werden opgedeeld in vier kwadraten van elk 50 bij 50 cm. Hierbij werd bewust geopteerd om het boorpunt centraal in één van de kwadraten te positioneren om zo contaminatie van meerdere kwadraten te vermijden.
Na deze onderzoeken werd er nog een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd. Op het noordelijke deel hadden de 9 sleuven een oppervlakte van 1154m² en de 4 kijkvensters 388m². Dit komt overeen met 13,65% van het 0,84ha grote bos dat met proefsleuven is onderzocht en 4,59% met kijkvensters. De 5 proefsleuven langs de Ringbaan op het zuidelijke deel van het plangebied hadden samen een oppervlakte van 347m². Het kijkvenster besloeg 47m². Dit is goed voor 12,17% van het terrein (0,38ha) dat met sleuven is onderzocht, en 3,53% met kijkvensters. Voor de twee zones samen is 12,17% van de oppervlakte onderzocht met proefsleuven. De aangelegde kijkvensters zijn goed voor 3,53% van het plangebied. In totaal is met het onderzoek 15,71% van het terrein onderzocht.
In de eerste week van januari voeren we aanpassingen door voor de gemeentefusies van 1 januari 2025. De toepassing kan tijdelijk offline zijn of onvolledige zoekresultaten tonen. Vanaf maandag 6 januari is alles weer volledig beschikbaar.