Naar aanleiding van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor een woonverkaveling is binnen het projectgebied een archeologisch vooronderzoek bestaande uit een landschappelijk booronderzoek en een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd.
Voor de uitvoering van het landschappelijk bodemonderzoek werd geopteerd om in een verspringend driehoeksgrid te boren met interval van ca. 30m zodat 32 boringen zijn uitgevoerd. De gemiddelde diepte van de boringen bedraagt ca. 1,2m.
Wat het proefsleuvenonderzoek betreft, moest rekening gehouden worden met twee ontoegankelijke zones in het noordoosten van het plangebied (weide van 661m² en moestuin van 535m²) en een ontoegankelijke zone in het westen van het terrein (stortplaats van 235m²) zodat niet de beoogde oppervlakte onderzocht kon worden. Hierdoor werd de te onderzoeken zone van 2,71ha gereduceerd naar 2,56ha. Vermits ook bestaande afsluitingen dienden behouden te worden, was het onmogelijk om continue sleuven te graven. Uiteindelijk zijn 30 proefsleuven van 2m breed uitgegraven en werd 2565m², ofwel 9,46% van het volledige projectgebied aan de hand van proefsleuven en 786m² ofwel 2,90% aan de hand van tussensleuven (0031 t.e.m. 0035) en een kijkvenster (1003) onderzocht. Rekening houdend met 1431m² dat ontoegankelijk was, waardoor het te onderzoeken gebied gereduceerd werd tot 2,56ha, werd 10% aan de hand van proefsleuven en 3,06% door middel van tussensleuven en een kijkvenster onderzocht.
In de werkputten werden 14 bodemprofielen van 1m breed opgeschoond tot op een relevante diepte.
Er zijn geen vonsdten aangetroffen en er gebeurde geen staalname.
Leegweg (Aalter) Naar aanleiding van de aanvraag van een omgevingsvergunning voor een woonverkaveling is binnen het projectgebied een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd. Dit leverde geen relevante archeologische sporen op.
