Tijdens het landschappelijk bodemonderzoek werden 38 boringen uitgevoerd met een gemiddelde diepte van 1,20m. Deze zijn gelokaliseerd op 4 verschillende raaien met een voornamelijk NW-ZO oriëntatie.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn 42 proefsleuven uitgezet met samen een oppervlakte van 5210,82m², wat overeenkomt met 10,57% van het totale projectgebied en 11,41% van het toegankelijke plangebied. Daarnaast hebben de 2 tussensleuven een oppervlakte van 149,48m2 en de 4 kijkvensters een oppervlakte van 389,58m². Tegenover het totale onderzoeksgebied stemt dit overeen met 1,09% en is er 1,18% van het toegankelijke projectgebied onderzocht aan de hand van tussensleuven en kijkvensters.
Op de plaatsen waar silexvondsten gedaan werden, werden voor het waarderend onderzoek in totaal 35 boringen uitgevoerd in een verspringend, regelmatig driehoeksgrid van 5m afstand tussen de raaien, en 6m tussenafstand bij de boringen in een raai.