Er werden 10 werkputten aangelegd voor een totale oppervlakte van 4.525 m². Een deel van de nog openliggende walgracht werd niet verder onderzocht wegens twijfelachtige kenniswinst (betonnen rand doet vermoeden dat de vijver al uitgekuist werd). Ook de nog ontoegankelijke zones werden vrijgegeven vanwege te beperkte kenniswinst.
Plaatselijk waar een complexe stratigrafie vastgesteld werd, werd in verschillende vlakken opgegraven.
Er zijn meerdere bodemprofielen opgekuist en ingetekend.
Alle vondsten werden ingezameld, met uitzondering van deze aangetroffen in de bouwvoor.
Elk relevant spoor werd bemonsterd, zodoende de wetenschappelijke onderzoeksvraagstellingen beantwoord kunnen worden. Zo werden in de walgracht, een laatmiddeleeuwse gracht en een waterput pollenstalen genomen. Verder werd van een rijk organisch pakket in een laatmiddeleeuwse waterput ook een macrorestenstaal genomen. Het hout uit de waterputten werd gerecupereerd voor houtdeterminatie en eventueel dendrochronologisch onderzoek.