Van juli 2021 tot eind 2022 werkten we aan een snelle screening van het beschermde bestand: we gingen op zoek naar die beschermingen die vandaag overduidelijk niet meer aan de hedendaagse selectiecriteria voor bescherming voldoen.
De snelle screening startte met een indeling van alle beschermde objecten - met uitzondering van de stedenbouwkundige ensembles, het varend erfgoed en de archeologische beschermingen - in thematische clusters zodat het volledige beschermde bestand overzichtelijk is en er enige typologische afweging mogelijk is. De beschermingen waarover geen enkele twijfel bestond, vinkten we af. Zo hielden we een lijst van een kleine 600 objecten over. Deze objecten lichtten onze erfgoedonderzoekers grondig door: ze bekeken de beschermings- en beheersarchieven, brachten indien nodig een plaatsbezoek en gingen in overleg met de betrokken erfgoedconsulenten en de collega’s van de afdeling Handhaving van het departement Omgeving.
Eind december 2022 werkten we de snelle screening af en detecteerden we 126 objecten die overduidelijk niet meer aan de hedendaagse selectiecriteria voor bescherming voldoen. Het betreft 23 gedeeltelijke opheffingen en 103 volledige opheffingen. Voor acht objecten gaat de opheffing van de bestaande bescherming gepaard met een (gedeeltelijke) nieuwe bescherming, onder een ander statuut of met een andere afbakening. De 126 objecten omvatten 68 monumenten, 46 stads- of dorpsgezichten en 12 cultuurhistorische landschappen. In 2023 en 2024 start de procedure tot opheffing van deze beschermingen op.
Auteurs: Depuydt, Katrijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)