Om het archeologisch vlak in werkput 1 (zandvang) leesbaar te houden werd besloten om een tijdelijke damstrook te behouden in het zuidelijk deel van deze put. Op deze manier bleef het instromende water van de Winterbeek beperkt tot deze zone. De overstromingszone zelf werd direct geregistreerd nadat deze net was uitgediept. De oostelijke zone (werkput 2) waar een archeologische werfbegeleiding voor was opgelegd, werd door de uitvoerende partij gedeeltelijk anders aangelegd. Dit vanwege optimaal in te kunnen spelen op de terreingesteldheid, in samenspraak met Natuurpunt. Eveneens gingen de geplande werken hier dieper dan in het betreffende Programma van Maatregelen was omschreven. De totale diepte die in deze zone werd bereikt was ca. -150 cm onder het maaiveld.