In het kader van een archeologienotatraject werd een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd. Het onderzoek bestond een landschappelijk bodemonderzoek, een verkennend en waarderend booronderzoek, een proefputtenonderzoek in functie van steentijdsites en een proefsleuvenonderzoek in functie van sporensites. Voor het vooronderzoek werd het plangebied in vier zones (A-D) ingedeeld.
Het landschappelijk bodemonderzoek werd uitgevoerd in zone D en omvatte 34 boringen. Vervolgens werden 629 verkennende boringen geplaatst in zone A, B en D in een driehoeksgrid van 10x12 m. Daarna volgde een waarderend booronderzoek in de gebieden van zone A die in de vorige stap archeologisch relevant bleken. Daarvoor werden 119 bijkomende boringen geplaatst op deze locaties. Diezelfde locaties werden aansluitend verder geëvalueerd aan de hand van proefputten om de aanwezigheid van steentijdsites te bevestigen. Daarbij werden 107 testvakken aangelegd van 0,5x0,5 m tot op een diepte van 10 cm. Deze bodemstalen werden gezeefd over een maaswijdte van 2 mm. De laatste stap van het onderzoek was een proefsleuvenonderzoek in zone A en D. Deze werd uit gevoerd in twee fases. In fase 1 werden zone A en het zuidelijke deel van zone D onderzocht aan de hand van een vijftigtal profiel- en proefputten en kijkvensters. Tijdens het onderzoek werd een oppervlakte van 5 314m² opengelegd door middel van proefsleuven (7,8%) en 1077m² door middel van kijkvensters (1,6%), op een totale oppervlakte van 68 294m².
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2025: Archeologisch vooronderzoek Potpolder IV (fase 1) [online], https://id.erfgoed.net/gebeurtenissen/1076804 (geraadpleegd op ).