De vier proefsleuven zijn gegraven op de locatie die in het voorgestelde puttenplan is aangegeven. Daarnaast is tussen werkput 2 en werkput 3 om de verspreiding van de archeologische sporen te onderzoeken een korte volgsleuf (werkput 5) aangelegd. Ook in werkput 4 is een kijkvenster aangelegd ter hoogte van een archeologisch relevant spoor om het verdere verloop in kaart te kunnen brengen. In totaal is ca. 374 m² opengelegd. Er is met andere woorden iets minder opengelegd dan 12,5% van het oppervlak, maar de aangelegde proefsleuven en uitbreidingen zijn een voldoende steekproef om inzicht te krijgen in de bodemopbouw en de aan- dan wel afwezigheid van archeologische sporen om de onderzoeksvragen goed te kunnen beantwoorden.