Er werden vijf werkputten aangelegd voor een totale oppervlakte van 3.079 m2.
De advieszone van de Nota met ID2057812 bedraagt het volledige plangebied, ca. 4.575 m2. Dit kon in praktijk niet in zijn volledigheid worden opgegraven, waardoor hiervoor afgeweken is van de specifieke methodologie. Centraal over het terrein was door de bouwheer reeds lijnbemaling aangelegd, waardoor het plangebied in twee delen werd opgedeeld en centraal een strook van ca. 2,00 m niet vrij was om op te graven, goed voor ca. 81 m2. In het oosten waren kleinere stukken van het terrein niet toegankelijk door de aanwezigheid van een stort en bomen die bewaard dienden te blijven. Ook de kruinen van bomen op aanpalende percelen dienden gevrijwaard te blijven. Deze stukken hebben samen een oppervlakte van ca. 291 m2. In het noordoosten kon de uitloper van het adviesgebied niet worden opgegraven omdat deze bestond uit de bestaande wegenis, goed voor een oppervlakte van ca. 117 m2. In het westen ten slotte mocht een strook van ca. 17,00 m niet worden afgegraven door de aanwezigheid van een Fluvius-leiding, goed voor een oppervlakte van ca. 819 m2. In totaal kon dus een oppervlakte van ca. 1.308 m2 niet opgegraven worden.
Op het terrein konden geen structuren herkend worden. Verschillende van de diepere paalkuilen werden daarom bemonsterd. Van één drenkpoel werden de nodige pollen en macrobotanische stalen verzameld. Ook van de houtskoolmeiler werd een staal genomen van de houtskoolrijke laag.