Naar aanleiding van een geplande verkaveling langs de Westkerkestraat werd een vooronderzoek aan de hand van een landschappelijk bodemonderzoek en een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd. Het bureauonderzoek en landschappelijk bodemonderzoek bood onvoldoende informatie om de archeologische waarde van het terrein in te schatten. Het terrein werd verder geƫvalueerd door middel van 5 proefsleuven en 1 kijkvenster. Er kon 365 m2, ofwel 12,1 % van het terrein archeologisch onderzocht worden. Het proefsleuvenonderzoek leverde naast natuurlijke sporen en recente verstoringen, 21 antropogene sporen op. Er werden twee grachten aangetroffen, alsook 19 kuilen. De sporen zijn hoogstwaarschijnlijk te dateren in de late vroegmoderne tot moderne tijd. Deze bieden echter onvoldoende meerwaarde voor een vervolgonderzoek. Op basis van de bodemkundige profielen blijkt dat het projectgebied bestaat uit een A/AC/C-profiel. Bij afweging tussen kosten-baten en kenniswinst lijkt het niet aangewezen om verder archeologisch onderzoek te adviseren.