Archeologisch vooronderzoek naar aanleiding van de uitbreiding van een bestaand handelspand, incl. omgevingswerken.
De archeologienota voorzag in het plaatsen van 6 boringen in een verspringend driehoeksgrid van 30 x 30 m. Het boorplan dat in de archeologienota werd voorgesteld, werd tijdens de uitvoer van het onderzoek grotendeels aangehouden. De boringen werden uitgevoerd met een Edelmanboor met een diameter van 7 centimeter. De diepte van de geplaatste boringen varieerde van ca. 125 cm tot 200 cm onder het maaiveld. Dat bij een aantal boringen niet dieper werd geboord, heeft te maken met aanwezige verstoring.
Het proefsleuvenonderzoek werd uitgevoerd op 31 januari 2024. Het programma van maatregelen werd tijdens het uitgevoerde onderzoek grotendeels gevolgd. Het terrein werd onderzocht door middel van vier W-O georiënteerde proefsleuven met een totale oppervlakte van 411 m2. De afstand tussen de proefsleuven bedroeg 15 m en de proefsleuven waren 2 m breed.15 Ter hoogte van SL2, waar het plaggendek nog aanwezig was, werd een kijkvenster aangelegd met een oppervlakte van 67 m2. Op deze wijze werd in totaal 478 m2 of 12,6 % van de oppervlakte onderzocht (3799 m2).