Het verkennend archeologisch booronderzoek werd uitgevoerd tussen 12 december 2023 en 09 januari 2024. De boringen werden manueel uitgevoerd met een Edelmanboor, met een diameter van 10 cm en volgens een verspringend driehoeksgrid van 10 x 12 m. Er werd geboord tot een minimumdiepte van 40 cm onder de ondergrens van de ploeglaag.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek, uitgevoerd tussen 28 februari en 25 maart 2024, werden 8 werkputten (5 proefsleuven, 2 volgsleuven en 1 kijkvenster) aangelegd. In het noorden van het onderzoeksgebied werd een L-vormige sleuf gegraven. De overige 4 proefsleuven lagen parallel aan elkaar en hadden een noordoost-zuidwest oriƫntatie. Tussen werkputten WP2 en WP3 werd 2 volgsleuven aangelegd op sporen S4 en S6 (respectievelijk WP8 en WP7). De proef- en volgsleuven hadden een breedte van 2 m en werden machinaal aangelegd. Kijkvenster WP6 werd als verbinding in het noorden tussen sleuven WP1 en WP2 gegraven.