Allereerst werd er een archeologisch verkennend onderzoek uitgevoerd. De stalen werden in gecontroleerde omstandigheden (labo) individueel uitgezeefd op maaswijdte 2mm. Op deze manier werden 175 verkennende archeologische boringen in een driehoeksgrid geplaatst.
Er werden 9 parallelle proefsleuven aangelegd. In het zuiden werd proefsleuf 1 gestopt ter hoogte van gestapelde zeecontainers, proefsleuven 2 en 3 vertonen een onderbreking ten opzichte van het sleuvenplan omwille van de aanwezigheid van een peilbuis. In totaal werden 7 bodemprofielen aangelegd. De bodem is zwaar verstoord door het nivelleren en ophogen, waarbij sprake is van het machinaal afgraven van de bodem, het aanbrengen van een pakket grond met stenen dat in het oosten dikker is dan in het westen en het vervolgens terug opbrengen van een laag teelaarde, die per standaard 30 centimeter dikte bedraagt.
Er werden geen stalen verzameld voor verder natuurwetenschappelijk onderzoek.