Opgraving in het kader van de geplande bouw van een mestverwerkingsfabriek. Voor de uitvoering van het vlakdekkend onderzoek werd uiteindelijk gewerkt met drie werkputten. De reden hiervoor is de grootte van het terrein enerzijds en de symbiose met de geplande werken anderzijds. Door het opdelen van het terrein in werkputten, op basis van de te verwachten sporen op grond van het proefsleuvenonderzoek en rekening houdend met de grondstockagemogelijkheden en de geplande infrastructuur, konden de geplande werken reeds aanvatten in de afgewerkte en vrijgegeven werkputten.
De munitievondsten werden op het terrein geregistreerd en ingemeten en ter plaatse door DOVO opgehaald. De vondstverwerking van de vondsten aangetroffen bij de oorlogsslachtoffers werd zo snel mogelijk na het veldwerk reeds afgerond, deze vondsten werden samen met de stoffelijke resten overgedragen aan de politie op het politiekantoor Arro Ieper. Tijdens de uitgevoerde opgraving werden 2 stalen genomen uit een houtskoolmeiler. Gezien de aard van de onderzoeksvragen werden deze stalen niet verder onderzocht.
Auteurs: Lommelen, Lies
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Bron: LALOO P. (red.) 2022: Langemark Broenbeek. Eindverslag, 2019G54, Sint-Michiels-Brugge.
Type: eindverslag (archeologieportaal)
Datum: