Naar aanleiding van een verkaveling werd een archeologienota opgesteld.
De drie zones hadden een gezamenlijke oppervlakte van 6696m2. Hiervan werd ca. 694m2 (10,3%) onderzocht door middel van proefsleuven en kijkvensters. Het archeologisch niveau bevond zich in de top van de C-horizont op ca. 40 tot 60cm onder het huidige maaiveldniveau, op ca. +9,3 à +9,5m TAW. . Er is algemeen sprake van een AC-bodemopbouw waarbij de teelaarde meteen op de C-horizont rust.
Tijdens het proefsleuvenonderzoek werden 11 relevante archeologische sporen aangetroffen. De sporen kunnen onderverdeeld worden in twee categorieën, meer bepaald paalkuilen en grachten/greppels. Op basis van de eerdere onderzoeken behoren ze toe aan minstens twee periodes, namelijk de ijzertijd en volle middeleeuwen.
Auteurs: Cornelissen, Yasmine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Bron: ACKE B, BRACKE M, FONTEYN P & WYNS G. 2024: Nota Eke Kouter, Moerbeke-Waas.
Type: nota (archeologieportaal)
Datum: