Naar aanleiding van een afgraving van het terrein en een wijziging van het bestaande reliëf werd een archeologienota opgesteld.
Er werden in totaal 16 werkputten en 2 kijkvensters aangelegd tijdens het proefsleuvenonderzoek. 8 proefsleuven in het noordelijke gedeelte en 8 proefsleuven en 2 kijkvensters in het zuidelijke gedeelte. Na afloop van het proefsleuvenonderzoek werden de werkputten terug aangevuld. De totale oppervlakte van het noordelijke gedeelte bedraagt 19.273 m2, tijdens het proefsleuvenonderzoek werd er in dit deel 1818 m2 onderzocht. Dit komt overeen met een dekkingsgraad van 9,5%. Het zuidelijke deel heeft een oppervlakte van 26.000 m2, hier werd tijdens het proefsleuvenonderzoek 3052 m2 onderzocht. Dit komt overeen met een dekkingsgraad van ca. 12%. Het archeologische niveau tijdens de aanleg van de proefsleuven bevond zich op ca. 30 à 40 cm-mv.
Binnen de noordelijke zone werd er geen enkel spoor geregistreerd, binnen de zuidelijke zone werden er wel 12 spoornummers uitgedeeld. Bijna alle sporen bevonden zich geconcentreerd rond een zuidwest -noordoost as. In totaal werden er 4 kuilen en 2 greppels. Vijf sporen bleken recente ploegsporen te zijn.
Auteurs: Cornelissen, Yasmine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Bron: PYPE P, COENAERTS J & VAN DEN BERGHE K. 2024: Nota Archeologische vooronderzoek ter hoogte van de Uitkerkse Polders te Blankenberge (West-Vlaanderen), ABO rapport 2284, Gent.
Type: nota (archeologieportaal)
Datum: