Gebeurtenis

Natuurwetenschappelijk onderzoek waterput Hogeweg

zaden- en vruchtenonderzoek, palynologisch onderzoek, dendrochronologisch onderzoek
ID
1085163
URI
https://id.erfgoed.net/gebeurtenissen/1085163

Beschrijving

Aangezien het hout (eik) van de boomstamwaterput goed was bewaard, werd een staal ingezameld in functie van dendrochronologisch onderzoek. In totaal werden vijf monsters ingezameld. Er werden twee monsters genomen van de uitgeholde boomstam zelf. Bijkomend werden nog twee monsters van twee balkjes en één monster van een plank (aangetroffen tegen de boomstam) ingezameld. Het dendrochronologisch onderzoek werd uitgevoerd door het KIK. De twee balkjes konden echter niet gesynchroniseerd worden vanwege hun te korte ringreeksen. Zowel de jaarringen van de plank als de boomstam konden wel gesynchroniseerd worden en werden samengevoegd tot een gemiddelde chronologie die representatief is voor de waterput. Er was echter geen spinthout aanwezig, waardoor het kapjaar niet bepaald kon worden. Er kan dus enkel een terminus post quem na 1038 n. Chr. gegeven worden. Een datering in de volle middeleeuwen sluit aan bij een deel van het vondstmateriaal dat in de sporencluster ten noorden werd aangetroffen.

Naast een staalname in functie van dendrochronologie werd bijkomend ook een macrostaal en een pollenstaal genomen. Beide stalen werden gewaardeerd door BIAX en bleken geschikt voor verder onderzoek.

De verdeling tussen pollen van bomen en van kruidachtige planten is ongeveer gelijk waarbij ca. 46% van de pollen tot boompollen behoren. Els, berk en hazelaar zijn de meest voorkomende, gevolgd door eik en beuk. Het niet-boompollen komt voornamelijk van grassen en struikhei, maar ook graslandtypen zoals schapensuring en veldzuring-type komen vrij vaak voor. Een andere belangrijke groep zijn de cultuurgewassen, met hoge percentages van rogge en het gerst/tarwe-type. Verder werden ook pollen van vlas en sporen van mestschimmels aangetroffen.

De meeste botanische macroresten die werden aangetroffen zijn onverkoold, maar toch waren er ook enkele verkoolde resten aanwezig. Verder werden ook enkele tientallen fragmenten houtskool waargenomen, net zoals twee kleine fragmenten verkoolde schors. De cultuurgewassen die werden aangetroffen bestaan uit rogge, gerst en vlas. Zo werd een verkoolde graankorrel van rogge aangetroffen, maar ook een onverkoolde graanvruchtwand van gerst, een aarspilsegment van rogge en kapselfragmenten van vlas. Aarspilsegment en kapselfragmenten kunnen worden beschouwd als agrarisch afval. Gecultiveerde fruitsoorten werden niet aangetroffen. Wel waren enkele bramenpitjes aanwezig, maar braamstruiken kunnen zowel in het wild als in een tuintje voorkomen. De meeste macroresten zijn echter van wilde planten, waarvan het overgrote deel voorkomt in antropogeen milieu.

Auteurs: Claessens, Sara
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Studiebureau Archeologie

Bronnen

Bron: CLAESSENS S. 2024: De archeologische opgraving aan de Hogeweg te Rotselaar, Archeo-rapport 593, Tienen.
Type: eindverslag (archeologieportaal)
Datum:


Relaties

Is deel van

Opgraving Hogeweg

Grotestraat (Rotselaar)

Bekijk gerelateerde erfgoedobjecten


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Natuurwetenschappelijk onderzoek waterput Hogeweg [online], https://id.erfgoed.net/gebeurtenissen/1085163 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.