België werd verantwoordelijk gesteld voor de huisvesting van zestigduizend Duitse krijgsgevangenen. De soldaten werden verspreid over zowel de Engelse, Amerikaanse en Belgische kampen op het Belgische grondgebied. In totaal werden er meer als vijftig kampen opgericht. De soldaten werden te werk gesteld om de herstellende Belgische economie te ondersteunen. De meesten werden in de mijnen tewerkgesteld, anderen in de landbouw of bosbouw en sommigen als ontmijners. De laatste soldaat werd gerepatrieerd op 24 maart 1948.
Aangezien de sites vaak zeer snel werden opgericht en slechts voor een korte periode gebruikt werden, gekoppeld aan het feit dat deze sites vaak opzettelijk vernield werden, zorgt ervoor dat de plattegrond van de sites vaak verloren is gegaan. Objecten worden dan wel vaker teruggevonden op de sites en kunnen ook inzicht bieden in de indeling en het gebruik van de ruimte.
Om de locatie van de kampen te bepalen gebruikte de onderzoekster archiefmateriaal, historische luchtfotografie, hedendaagse luchtfotografie en LiDAR-data.
Bron: VEREECKEN M. 2024: Geallieerde krijgsgevangenenkampen op het einde van de Tweede Wereldoorlog in België. Masterproef voorgelegd tot het behalen van de graad van Master in de Archeologie, UGent. Type: literatuur Datum:
Bekijk gerelateerde erfgoedobjecten
Bekijk gerelateerde aanduidingsobjecten
Bekijk gerelateerde waarnemingen
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Onderzoek naar krijgsgevangenkampen in België [online], https://id.erfgoed.net/gebeurtenissen/1085170 (geraadpleegd op ).