Aan de oorsprong van het constructieatelier Jonckheere in Beveren (bij Roeselare) lag Joseph Frederik Jonckheere, die behalve smid ook astenmaker was. Deze stiel had hij geleerd van Edward Charbonelle, die in Beveren ter vervanging van eesttegels ijzeren eestplaten vervaardigde. In zijn plaatslagerij sloeg Charbonelle nog met een doorslag één voor één de gaten in deze platen. Joseph Jonckheere daarentegen perforeerde de eestplaten met een doorslag van vijf gaten die met een hefboom werd bediend. Zelf kinderloos gaf hij zijn kennis van astenmaker door aan zijn neven Victor Soenen en Pierre François Jonckheere. In 1884 bekwam laatstgenoemde een vijftien jaar geldend patent “pour une touraille dite: double, pour sécher la racine de chicorée, pour brasseries, etc.”. Was het inrichten van cichoreidrogerijen één van hun belangrijkste bedrijfsactiviteiten, dit belette Pierre François Jonckheere niet om vanaf 1881 samen met zijn zoon Henri ook te starten met de bouw van paardenwagens en koetsen. Geleidelijk nam het belang van het koetsenatelier toe. Door de opkomst van de automobiel legde het atelier zich vanaf 1902 meer en meer toe op de productie van koetswerken voor auto’s. Aanvankelijk waren dit houten koetswerken die op het chassis van beroemde automerken zoals Minerva, Rolls Royce en FN werden gebouwd. Als één van de oudste Europese carrosseriebouwers groeide Carrosserie Jonckheere in de daaropvolgende decennia uit tot een zeer belangrijke constructeur van autobussen en touringcars. De productie van automobielkoetswerken had het bedrijf immers reeds in de jaren 1930 stopgezet. In 1994 werd het bedrijf opgekocht door de Berkhof Groep, die in 1998 opging in de VDL Groep. Dit leidde tot de wijziging van de firmanaam ‘Jonckheere’ in ‘VDL Jonckheere Bus & Coach N.V.’.
Van Jonckheere-makelij was onder meer de cichoreiast Verduyn in Lichtervelde. Nog bewaard zijn bijvoorbeeld de eestovens van Jonckheere in de Sécherie Deleplace in het Noord-Franse Vieille-Eglise.
Auteurs: Becuwe, Frank
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)