Jean Gindra, Duitser van geboorte, maakte net als zijn landgenoten Petersen en Fuchs een tussenstop in Nederland en vestigt zich in 1835 in Tilleur bij Luik. ontwierp in de tweede helft van de 19de eeuw verschillende parken in laat landschappelijke stijl in België en Nederlands Limburg, onder andere het Gasthuisbos in Schulen, het Hamel in Lummen en het kasteel van Loppem.
Gindra neem op 70-jarige leeftijd nog deel aan de ontwerpwedstrijdvoor het Parc de la Boverie in Luik in 1857. Zijn zoon Jean Baptiste Gindra (1825-1876) was een specialist in de constructie van rostpartijen en werkt voor verschillende projetcen met Keilig.
BRAET J., e.a., 2001: Het kasteel van Loppem, Oostkamp.
HEBBELINCK, K., 2012: Eduard Keilig (1827-1895) en de Belgische tuin- en landschapsarchitectuur van de 19de eeuw, onuitgegeven doctoraatsverhandeling, Gent.
Steenbrugsestraat 22, 26-28, 26A-B (Zedelgem) Omgracht, neogotisch kasteel van 1858-1863 in een park met vijver, doolhof, poortgebouw met brug, stallingen, koetshuizen, manege, klein paviljoen ongeveer uit dezelfde periode van het kasteel. Hoeve en achthoekig tuinpaviljoen daterend uit de tijd van het vroegere 18de-eeuws landhuis. Tuinierswoning van 1910 en bibliotheek van 1949. De parkaanleg dateert uit dezelfde periode als het kasteel, het doolhof van circa 1873.