Henri Derée, schrijver van genuanceerde kritieken over de avant-garde in het interbellum, koos voor de traditie en voor een rationeel classicisme waarin hij een verfijnd gevoel voor decoratie kon uitdrukken. Hij werd gevormd aan de academie van Brussel (1904-09), werkte als stagiair bij P. Bonduelle, leverde een bijdrage aan de wederopbouw met de verwezenlijking van de tuinwijken Toemaathoek in Mol (1922) en het Verregat in Laken (1922-26), en ontwierp daarna sociale flatgebouwen (Sint-Gillis). Zijn talent om traditionele materialen te gebruiken in een met de art deco verwant geometrisch vocabularium, komt tot uiting in zijn Brusselse woningen, vooral in een flatgebouw aan de Emile De Motlaan (1924-27), en ook in de elektriciteitscentrale (1924-28) die hij in Buenos Aires (Argentinië) oprichtte in associatie met zijn schoonbroer E. Dhuicque. Van 1914 tot 1970 was hij lid van de SCAB.
Bron: LIESENS L. 2003: Derée, Henri, in: Van Loo, A. (red.): Repertorium van de architectuur in België van 1830 tot heden, Antwerpen, 261.