Van Gulden-Vlieslaan naar Komvest. Sinds 1919 zogenaamd naar Belgische koningin (1876-1965); voordien deel van de Komvest. Straat ontstaan in 1899 na het dempen en nivelleren van de voormalige binnenvestingswal. Tot 1910: locatie van de tramweg naar Blankenberge. 1919: aanleg van de straat. In de loop van jaren 1920: openbare verkoop van de vrijgekomen bouwgrond.
Geasfalteerd onderdeel van de ringlaan; brede boulevard van twee rijstroken gescheiden door grasperk met jonge linden en aan oost- en westzijde bebouwd; de westzijde sluit stilistisch en historisch eerder aan bij de stadsuitbreiding zogenaamd de parochie Christus Koning.
Vrij gevarieerde bebouwing van enerzijds eclectische (nummers 4, 6, 8 en 10), neoclassicistische (onder meer nummers 12, 14 en 16) of neobarokke (nummers 2, 74, 76 en 78) burgerhuizen en anderzijds art-deco-geïnspireerde huizen onder meer nummer 58 van 1937 naar ontwerp van architect Van den Berghe, nummer 60 van 1935 vermoedelijk naar ontwerp van architect M. De Meester (Brugge). Latere eengezinswoningen uit de jaren 1950 en volgende, en latere vervangende appartementsbouw. Eenvoudige, neoclassicistisch getinte eenheidsbebouwing onder meer nummers 86-88 van drie traveeën en drie bouwlagen, nummers 80-84 van oorspronkelijk drie, twee en drie traveeën en drie bouwlagen – doch gevelindeling van nummer 82 grondig gewijzigd. Nummer 18, neoclassicistisch getint bakstenen breedhuis van 1899. Nummer 24-26, eenheidsbebouwing getypeerd door afwisselend materiaalkeuze van bruine, gele, oranje en geglazuurde baksteen gecombineerd met arduin; door windborden geaccentueerde gevel- toppen. Nummer 38, eenvoudige bel-etagewoning met parement van oranje baksteen; licht getoogde openingen met smeedijzeren balkonleuningen en tegeltableau met bloemmotieven. Nummer 72 van 1936 naar ontwerp van architect M. Vermeersch (Brugge).
- Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nummer 171/1899, nummer 916/1935, nummer 28/1936, nummer 651/1937.
- BEERNAERT B. (e.a.), Brugse gevelgids, Brugge, 1982, p. 147-149.
- BEUCKELS L., Brugse vestingen, Brugge, 1985, p. 41-44.