Vertrekt waar Leguit en Kommekenstraat elkaar ontmoeten en daalt zuidoostwaarts af naar de Koepoortbrug.
Genoemd naar de gelijknamige weilanden van het Klapdorp; voor 1250 lag deze wijk buiten de vestingwal. "Dries" betekent braakland en is afgeleid van drie, namelijk het derde stuk grond dat telkens braak blijft liggen; dit is een der mogelijke verklaringen.
De huizen die de zuidzijde der straat uitmaken werden gebouwd langsheen het Predikherenpand. Het is daar dat in de 17de eeuw hun school voor Latijnse studies werd opgericht.
Vrij troosteloos straatbeeld met enkele zogenaamde saneringsgaten (zie hoeken Keistraat). Weinig panden van noemenswaardig architecturuaal belang alhoewel vele oude, mogelijk zelfs laat-16de-eeuwse kernen bevatten (zie muurankers, nokrichtingen ordonnantie, dakkapelletjes) die grondig werden verbouwd en aangepast in de loop van de 19de eeuw. Enkele gevels met summiere 19de-eeuwse stuccodecoratie (riemomlijsting, panelen). Verder, banale, onversierde, meest gecementeerde gevels. Te vermelden zijn nog enkele 19de-eeuwse houten winkelpuien (nummers 12-1318-28-34).
Bron: GOOSSENS M. & PLOMTEUX G. met medewerking van LINTERS A., STEYAERT R., ILLEGEMS P. & DE BARSÉE L. 1976: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3na, Brussel - Gent. Auteurs: Plomteux, Greet; Goossens, Miek Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)