Van Dijver naar Nieuwe Gentweg. Behoort vanaf de Dijver tot de voormalige Eekhoutrei - een zijarm van de Reie - bij het Onze-Lieve-Vrouwekwartier; het andere straatdeel behoort tot het Magdalenakwartier. De straatnaam verwijst naar een voormalig stadsdeel, geciteerd circa 1200, waarin het huidige Groeninge de eerste straat is. Gevarieerde bebouwing soms in kern oplopend tot de 17de eeuw doch voornamelijk met uitzicht uit de 19de eeuw en de eerste helft van de 20ste eeuw. Heden voornamelijk woonfunctie en in mindere mate commerciële, culturele en horeca-activiteiten. Gekasseide straat met enerzijds geknikt en anderzijds kronkelend patroon, als het ware halverwege ondergronds doorbroken door voormalige Eekhoutrei zie Garenmarkt nummer 8 en nummer 10. Vanaf Dijver loopt de vrij smalle straat langs het ommuurde, haast blinde Arentshof. In hoek van huis nummer 2 en laatst genoemde hof staat vrij imposante armpomp ontworpen door E. Simonis in 1857 en voorzien voor de hoek van de Nieuwe Gentweg en de Stalijzerstraat, sinds 1951 overgebracht naar huidige locatie; pomp verwerkt als neoclassicistisch monument van natuursteen met opschrift "S.P.Q.B. / 1857" en ijzeren zwaan als tuitstuk. Percelen van nummers 2-14 palen achteraan aan Reie en vormen vanuit het voormalige kerkhof van de Onze-Lieve-Vrouwekerk een pittoresk en toeristisch geliefd gezicht.

Enerzijds enkele diephuizen van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldaken met mogelijk oudere kern maar met in de loop van de 20ste eeuw verbouwde trap- of tuitgevel: nummer 1 met trapgevel van 1932 naar ontwerp van architect E. Warmoes, nummer 31 met gevelsteen waarop "IK WILDE", ook enkele diephuizen van drie à vier traveeën en drie bouwlagen uit de 19de eeuw (nummers 10, 12). Anderzijds breedhuizen van twee à vijf traveeën onder zadeldaken, vaak met oudere kern (onder meer nummers 3-5 en 7).