Licht bochtige weg die vertrekt vanaf de Markegemstraat en oostwaarts overgaat in de Oosthoekstraat. De naamgeving gaat terug op twee percelen ten noorden van de straat, in het landboek van 1651 aangeduid als "Den Heckaer(t?)" en "Den cleenen Heckaert". Een hekkaard wordt geïnterpreteerd als een stuk grond toegankelijk via een hek.
In 1577 is er sprake van "kerkestraetkin", een aanduiding die nog in 1834 als "Kerckaert straet" is teruggevonden. De huidige naam komt voor het eerst voor in 1647 als "Een partie landts met wat busch zuyt het hecken straetken". Daarnaast bestaat ook de naam "Quastraete" (1651), in 1673 worden beide namen naast elkaar gebruikt: "…suit de quastrate ofte heccaertstraetje". Uit een beschrijving van 1846 als "Chemin du cabaret 'den Vogelzang' à celui dit den Papegaey" blijkt dat toen ook de huidige Oosthoekstraat (met de herberg 'De Papegaey') deel uitmaakte van de Hekkenstraat.
De straat staat op de Ferrariskaart (1770-1778) afgezoomd met bomen, er is nagenoeg geen bebouwing. Op de Atlas der Buurtwegen (1846) en de Militaire stafkaart (1910) aangeduid met ongeveer dezelfde configuratie. Heden woonstraat waarvan de oudste huizen dateren uit het begin van de 20ste eeuw, zie koppelwoning nummers 1-3 en nummer 44. Het begin van de straat wordt bepaald door de aanwezigheid van het Rust- en Verzorgingstehuis gelegen aan de Markegemstraat en met de Lourdesgrot palend aan de Hekkenstraat. Tussen de jaren 1930 en 1990 ontplooien enkele sociale bouwmaatschappijen langs de Hekkenstraat en aanpalende Walstraat, Burgemeester Verstaenlaan en Joris Van Severenlaan meerdere woonprojecten. Eenheidsbebouwing afgewisseld met koppelwoningen waarvan de verschillende stijlen een weerspiegeling zijn van de respectieve bouwperiodes. Nummers 9-19 is een bouwproject van 1931 in opdracht van de maatschappij "Troost in Nood" en bestaat uit twee gehelen van enerzijds zes arbeiderswoningen aan de Hekkenstraat en anderzijds negen langs de aanpalende Walstraat. Baksteenbouw bestaande uit vier eenvoudige lijstgevels geflankeerd door twee diephuizen met puntgevels. De oorspronkelijke eenvormigheid is door recente ingrepen (wijzigen of schilderen parement) grotendeels verloren gegaan. Nummers 22-36 is een project van 1950 in opdracht van de bouwmaatschappij "Mijn Huis" op gronden van het toenmalige C.O.O. Het ontwerp is van architect Theo Vernackt uit Deinze en bestaat uit twee maal vier koppelwoningen onder gezamenlijk schilddak (mechanische pannen). Vanaf de Diepestraat heeft de straat het landelijk karakter met schaarse bebouwing bewaard.
Cartografisch Instituut (Militaire stafkaart, 1862, herzien in 1884 en 1910).
DEGROOTE K., Sociale woningbouw in Wakken, in De Roede van Tielt, jg. 36, nr. 3, 2005, p. 3-39.
DESMET J., De roede van Tielt. Als straten gaan...praten, 2005, p. 258-259.
Bron: VAN VLAENDEREN P. & VRANCKX M. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Dentergem, Deelgemeenten Markegem, Oeselgem en Wakken, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL32, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Van Vlaenderen, Patricia; Vranckx, Martien Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)