Kort, smal straatje tussen de Sint-Janstraat ten zuiden en de Tramstraat ten noorden. Het "Calverstraetje" wordt voor het eerst vermeld in 1365. In 1616 op een kaart van Lodewijk de Bersacques weergegeven samen met een deel van de Sint-Janstraat als noordoostelijke grens van de "Quaede Acker", het gebied ten noordoosten van de markt, mede begrensd door de noordzijde van de Markt, de Bruggestraat, de Poekebeek, de Kapellestraat en de Sint-Janstraat.

Het kapittel van Harelbeke verwerft reeds in de 12de eeuw een rente op dit domein, dat later in het stedelijk gebied wordt opgenomen, waardoor het kapittel gedurende het hele Ancien Régime zijn invloed in Tielt kan laten gelden. Op de kaart gevoegd bij het eerste landboek van Tielt-binnen van 1635 is het "Calverstraettien" gelegen in de "Noordoostcerc" als toegang tot en benaming voor het oostelijk deel van de huidige Tramstraat, tot deze in de jaren 1880-1890 verbonden wordt met de Markt en de huidige benaming krijgt (zie Markt, Tramstraat). Door de (her-)aanleg van enkele verbindingswegen in de tweede helft van de 18de eeuw verliest het straatje aan belang en wordt het een kleine voetweg.

Woonfunctie. Straatwand aan westzijde gevormd door hoge bakstenen tuinmuur horend bij het hoekpand met de Sint-Janstraat (zie Sint-Janstraat nummer 36). Aan de oostzijde, nummers 1-6, aaneengesloten werkmanshuisjes van een tot anderhalve bouwlaag onder pannen zadeldak (nummer 2 met mansardedak; nummer 6 met Vlaamse pannen) daterend uit circa het begin van de 20ste eeuw. Nummers 3-6 met getoogde zoldervenstertjes. Nummer 1, lijstgevel voorzien van siercementering met geometrische motieven; nummers 3-5 met gecementeerd en geschilderd parement van schijnvoegen; nummer 6, witgeschilderd. Grotendeels vernieuwd schrijnwerk.