Geografisch thema

Oosthoekstraat

ID
10945
URI
https://id.erfgoed.net/themas/10945

Beschrijving

Landelijke kronkelende weg die vanaf Kanegem-Dorp oostwaarts leidt, doorheen de "Oosthoek", en ten westen uitloopt op de Artemeersstraat, die de grens vormt tussen Kanegem en Poeke (Aalter). Vormt het oostelijk deel van de centrale oost-west as die de deelgemeente doorsnijdt en in zijstraten vertakt. Zogenaamd naar de kadastrale sectie "Oosthoek". Valt in het landboek van Kanegem (1762) onder twee trajecten: van de dorpsplaats tot aan de Vinktse Binnenweg "straete van Caneghem plaetse naer Poucques" genoemd, vanaf daar tot de Artemeersstraat als "straete van Caneghem naer Vinck" weergegeven. Aangeduid in de Atlas der Buurtwegen (1846) als "Vyncktseweg", "chemin de Caneghem à Vynckt".

De huisnummers en adressen in de voormalige "Eeckhoutmolenvoetweg" maken deel uit van de huidige Oosthoekstraat. De "Eeckhoutmolenvoetweg" is een overblijfsel van een net van smalle molenwegen die zowel vanuit de Oosthoekstraat als uit de Artemeersstraat rechtstreeks naar de Eeckhoutmolen leidden, en vandaar verder verbinding maakten met andere omliggende wegen. De "Eeckhoutmolen" was een staak- of standaardmolen, afgebroken circa 1800, zogenaamd naar de centrale staak die uit eikenhout ("eeckhout") bestond. Voor het eerst vermeld in de twintigste penningcohieren uit 1571, als "Eeckhoudtmuelene", eigendom van de heren van Poeke. Op Ferrariskaart (1770-1778) weergegeven als een weg van noord naar zuid met haag aan westzijde, met ter hoogte van de molen een oostwaartse zijstraat naar de huidige Artemeersstraat toe. Vermelding: "Eechout Molen". In 1846 (Atlas der Buurtwegen) was de voormalige molensite nog steeds het kruispunt van twee voetwegen: "Eekhoutmolenvoetweg", oost-west, van het gehucht "Oosthoek" naar de "Eekehoutmolen", en "Artemeerschvoetweg", noord-zuid, van de plaats "'t Greelken" naar het "cabaret de Moormande". Het tracé van de huidige "Eeckhoutmolenvoetweg" loopt grotendeels over het zuidelijke deel van de voormalige "Artemeerschvoetweg", en slechts een klein stuk oostwaarts over de oude "Eekhoutmolenvoetweg".

De "Oosthoek" kent doorheen haar geschiedenis vier molens: de Eeckhoutmolen (afgebroken circa 1800), de functie wordt grotendeels overgenomen door de nabijgelegen Artemeersmolen (1810), ten oosten op grondgebied Poeke (Aalter) gelegen; Billiets molen (1823, afgebroken), Mevrouwmolen (1845, zie Mevrouwmolenstraat). De omgeving van de Artemeersmolen is beschermd als dorpsgezicht bij K.B. van 11/09/1986, met inbegrip van het oostelijke stuk van de Oosthoekstraat, omvattende huisnummers 33, 35, 37, 39, 40, 42.

In de "Oosthoek", ten oosten van de dorpskern, volgt het tracé van de Oosthoekstraat de plateaurug van een oostwaartse uitloper van het plateau van Tielt. Op deze hoger gelegen gronden vertoont de oudere en huidige cartografie percelen van een grotere oppervlakte en kleiner aantal begrenzingen, zie de Ferrariskaart (1770-1778), wat op het terrein resulteert in een grotendeels open landschap waarin nog duidelijk waar te nemen koutercomplexen kunnen onderscheiden worden. Deze oudste ontginningen op de drogere, makkelijkst te bewerken gronden, zijn te situeren in de vroege middeleeuwen, vermoedelijk circa 6de-7de eeuw. Grote stukken grond nabij de dorpskern werden door de hele dorpsgemeenschap ontgonnen en gebruikt (als dorpskouter). Ook in nabijheid van grote landbouwuitbatingen werden dergelijke gronden ontgonnen en in gebruik genomen volgens het hofstelsel (als hofkouters). Meestal werd het drieslagstelsel toegepast. Het typische uitzicht van kouters uit zich in grote blokken zonder grachten of afsluitingen, als oudste sporen van het open-field landschap. Latere ontginningen van kleinere hoeves kenmerken zich in kleinere percelering van gronden, onderverdeeld door natuurlijke begrenzingen (bomenrijen, hagen), wat zich uit in een gesloten landschap, zie Ferrariskaart (1770-1778). Waar elders veel kouterlandschappen tot bouwgrond omgezet werden of opgingen in perceelsversnippering, zijn enkele kouters in Kanegem nog quasi aaneengesloten bewaard. Langsheen de Oosthoekstraat zijn in het landschap nog sporen van vier kouters waar te nemen. In het begin aan zuidzijde van de Oosthoekstraat ligt een restant van de kouter van Sint-Baafs, "couttere" bij het *"Groot Goet ten Broucken", ten westen van de noordelijke dreef van de dorpshoeve en zich uitstrekkend tot aan de dorpskern. De kouter was een deel van de fonciergrond van de Sint-Baafsheerlijkheid, toebehorend aan de Gentse Sint-Baafsabdij, en kan dus zowel dorpskouter als hofkouter geweest zijn. Gedurende de 20ste eeuw worden stukken ervan ingenomen door woningen langs de Oosthoekstraat en de *Neringenstraat. Aan noordzijde van het kruispunt van de Haantjesstraat ligt de kouter "boven de Soete Vrauwe", eigendom van de heren van Hames en zich vermoedelijk ten noorden van het boomkapelletje "onse lieve vrouw eexken" uitspreidend naar de kasteelhoeve toe.

Ten zuiden van de Oosthoekstraat, tussen de Haantjesstraat en de Vinktse Binnenweg bevindt zich de Lindekouter van het "Goet te Vlinderghem", gelegen op fonciergrond van de heerlijkheid Vlinderghem en hofkouter bij de gelijknamige hoeve (zie Haantjesstraat). Oudste vermelding "Linde coutere" in het renteboek van Vlinderghem (1564). Op het hoekpunt van de kouter stond midden het kruispunt tussen de Oosthoekstraat en de Vinktse Binnenweg een linde als grenspunt om de oude tiendenwijken af te bakenen, zie de schetsmatige kaart van de parochie Kanegem (circa 1600). Bij deze linde was ook de vierschaar van de schepenbank van Vlinderghem geplaatst, die verdween wanneer de heerlijkheid een leen werd van Hames. Ter hoogte van de Eeckhoutmolenvoetweg ligt de Eeckhoutmolenkouter, een open stuk kouter ten westen van de vroegere Eeckhoutmolen. Oudste vermelding in het twintigste penningcohier uit 1571.

De weg is thans op diverse plaatsten beboomd: van Kanegem-Dorp tot de Haantjesstraat, van de Mevrouwmolenstraat tot de Mooremandestraat. Van Kanegem-Dorp tot de dreef naar Ten Broucken geflankeerd door plantsoenen met verschillende rozenvariëteiten.
Voormalige hoofdtoegangsdreef naar "Groot Goet ten Broucken" bevond zich ter hoogte van nummer 12, nu bereikbaar via *Neringenstraat (zie *Neringenstraat).

Straat met uitlopers van 20ste-eeuwse dorpsbebouwing en voor het overige met behouden landelijk agrarisch karakter getypeerd door verspreide hoevebebouwing. Omstreeks het begin van de 17de eeuw bevonden zich naast het *"Groot Goet ten Broucken" (zie *Neringenstraat) een viertal hoeves langs de huidige Oosthoekstraat, waarvan enkel de gerenoveerde hoeve "Hollewalle" vermoedelijk nog een oudere kern bezit (zie nummer 42).

Overige hoeves met een nieuw woonhuis en 19de-eeuwse bijgebouwen (nummers 36, 38), of na 19de-eeuwse aanpassingen grondig gerenoveerd (nummer 39). Reeds in het midden van de 18de eeuw komt een quasi identieke concentratie aan verspreide hoevebebouwing voor als heden. Bij de kruising met de Mooremandestraat ligt het gehuchtje "Haene Smisse", aangeduid op de Atlas der Buurtwegen (1846), rond 1900 door het kadaster "Smesse hoek" of "Smishoek" genoemd. In het midden van de 18de eeuw lagen drie hoeves geconcentreerd op deze plaats: circa nummers 28, 30, 36, vandaag alle afgebroken of ingrijpend verbouwd (nummer30). Ter hoogte van nummer 34 zijn oude erfpijlers bewaard. Ook de oostelijker gelegen hoeves gaan in geschiedenis minimaal terug tot het midden van de 18de eeuw, zie landboek Kanegem, kaarten 4de en 5de kanton (1762). Bij de "Eeckhoutmolenvoetweg", nummer 33: de voormalige hoeve "Gareelke" of "Ferme 't Greelken" (Atlas Buurtwegen, 1846), thans verdwenen, volledig bestaande uit nieuwe volumes uit de laatste decennia van de 20ste eeuw. Nummer 35, gelegen ten oosten van de voormalige molensite. Boerenhuis mogelijk met oudere kern, gerenoveerd met nieuwbouw uit het laatste kwart van de 20ste eeuw, twee bijgebouwen uit de tweede helft van de 19de of het begin van de 20ste eeuw.
Vermoedelijk wordt in het begin van de 19de eeuw de hoeve nummer 39 aangepast, maar de site is in geschiedenis teruggaand tot 1762. De huidige hoevegebouwen zijn sterk gerenoveerd in 1999. Witgeschilderd boerenhuis met volledig gewijzigde muuropeningen, schuur ingrijpend vernieuwd met behoud van oorspronkelijke muuropeningen, gewijzigde daklijn met geknikte overkraging.

Op het einde van de 19de of het begin van de 20ste eeuw wordt op het kruispunt met de Mevrouwmolenstraat een hoekpand opgericht, vermoedelijk als herberg (nummer 24). Benaming op de gevel: "De Poelman", afgeschuinde hoektravee, getoogde muuropeningen onder meer gedicht.
In het begin van de 20ste eeuw wordt op de hoek met de Mooremandestraat (nummer 31) een nieuwe smidse gebouwd (1907), enkele jaren later (1910) wordt het oudere woonhuis afgebroken en heropgebouwd in opdracht van smid August Demeulemeester. Thans is het woonhuis sterk gerenoveerd, met voordeur ingebracht in poortopening. Getoogde muuropeningen, sierankers.

In de 20ste eeuw wordt de dorpsbebouwing uitgebreid langsheen het begin van de Oosthoekstraat, voornamelijk bestaande uit alleenstaande eengezinswoningen en villa's in tuin uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Nummer 18, interbellumhoeve. Op het einde van de 20ste eeuw wordt een eenlaagse nieuwbouw gerealiseerd op de plaats van oudere volumes (nummer 37) teruggaand tot 1762.

  • Archief Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen - Onroerend Erfgoed, W/00694 en DW000776.
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Kanegem, 1889/1, 1907/1, 1911/1.
  • DE BRABANDERE R., De Kanegemse kouters, een uniek restant van het oudste cultuurlandschap, in De Roede van Tielt, jg. 26, 1995, nummer 3, p. 124-148.
  • DE BRABANDERE R., Kanegem, in HOLLEVOET F., Als straten gaan... praten, Tielt, 2005, p. 52, 56.
  • DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Deel III, Brugge, 1923, kolom 862; Deel IX, Brugge, 1929, kolom 745.

Bron: CALLAERT G. & SANTY P. met medewerking van BOONE B., DEVOOGHT K. & MOEYKENS S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Tielt, Deel I: Stad Tielt (straten A-R), Deel II: Stad Tielt (straten S-Z), Deelgemeenten Aarsele, Kanegem en Schuiferskapelle, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL29, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Callaert, Gonda; Santy, Pieter
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Arbeiderswoning

  • Omvat
    Burgerhuis met bijgebouw

  • Omvat
    Demarés kapelleke

  • Omvat
    Herberg en smidse

  • Omvat
    Hoeve

  • Omvat
    Hoeve Hollewalle

  • Omvat
    Kapel Haantjeshoek

  • Omvat
    Molenaarshoeve

  • Omvat
    Samenstel van boerenarbeiderswoningen

  • Omvat
    Sierenskapel

  • Is deel van
    Kanegem


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Oosthoekstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/10945 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.