Straat in het centrum van Oostkamp, ten noorden van het Gemeenteplein. De straat loopt van de Brugsestraat naar de Albrecht Rodenbachstraat, in het verlengde van de Kwadeplasstraat aan de noordzijde van de Albrecht Rodenbachstraat. De straat wordt kort genoemd als tegenhanger van de Kwadeplasstraat waar het voordien deel van uitmaakte. De Kwadeplas is de benaming van een bos en wijk, volgens De Flou voor het eerst vermeld in 1529-1542 als "Ten quaden plasche in oorscamp". Volgens G. Claeys voorheen een lage, moerassige plaats, die de onheilspellende naam kreeg naar aanleiding van een reeks ongelukken.
De straat is ontstaan als onderdeel van de Kwadeplasstraat. In het begin van de 18de eeuw is die straat een zijtracé van de toenmalige Kortrijkse kalseide, die de stad Brugge met Kortrijk verbindt, thans de Brugsestraat. In 1730 worden werken uitgevoerd in het gehucht de Kwaden Plas. Aangezien de veldweg op de Kwade Plas onbruikbaar is geworden, wordt de weg verhoogd met aarde en zand en wordt het stromende water met planken afgeleid. Maerten Vlaeminck levert het hout en voert de werken uit. Op het einde van de 18de eeuw loopt de straat tot aan de vaart Gent-Brugge, tot ter hoogte van de hoeve "Ter Laere" aan de Westdijk (cf. Westdijk nrs. 20-21) cf. zo afgebeeld op de Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op het initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778). Op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) vertrekt de straat op het gehucht Zwarte Gat en loopt als "Chemin n° 16", omschreven als "Chemin du lieu dit Zwartgat au hameau dit Kwadenplas" met naam "Kwadenplasstraet". De straat is tot aan de kruising met de Emiel Welvaertstraat volledig onbebouwd en wordt onderbroken door de spoorweg, die werd aangelegd circa 1838.
De Korte Kwadeplasstraat is pas ontstaan in de tweede helft van de jaren 1960 na de aanleg van de Albrecht Rodenbachstraat als "ringweg" ten noordoosten van het centrum van Oostkamp. Deze weg liep dwars door de historische Kwadeplasstraat en maakte er zo een korte en langere Kwadeplasstraat van.
De huidige bebouwing sluit aan bij de ten oosten liggende schrijvers- en bloemenverkaveling, die werd aangelegd na de goedkeuring van het BPA Centrum-Noord en het BPA Centrum-Kerk in 1961; de straten werden genoemd naar inheemse bloemen (cf. Rozenstraat) en Vlaamse schrijvers (cf. Albrecht Rodenbachstraat).

CLAEYS G., De gemeente Oostkamp, Brugge, 1953, p. 113.
CLAEYS G., Kroniek van Oostkamp, Brugge, 1985, p. 181.
DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Brugge, 1928, deel VIII, kolom 1071.
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Oostkamp, Oostkamp, 2006.