Straat in het westen van Oostkamp, ten zuidwesten van de gemeentekern gelegen. De straat loopt als het ware trapsgewijs van de Kortrijksestraat (ten westen van het gehucht Nieuwenhove) naar de kruising van de Kuipenstraat en de Vliegweg, om vandaar verder te lopen tot aan de grens met Loppem (Zedelgem), gevormd door de autostrade (E403/E17) Kortrijk-Brugge. Op het grondgebied van Loppem loopt de straat verder onder de naam Molendreef. De naam Larestraat verwijst naar een weide en later naar een leengoed en wijk; volgens De Flou voor het eerst vermeld in 1336. Een 'laar' is een plek in het bos. De "gemene weide de lare" is een gebied van uitgestrekte percelen wild gras en heide, dat door alle buurtbewoners als gemeenschappelijke weide mocht gebruikt worden voor het grazen van vee.
De straat behoort tot het historische stratenpatroon van de gemeente zie het traject komt al voor op de Grote Kaart van het Brugse Vrije van Pieter Pourbus (1561-1571), gekopieerd door Pieter Claeissens (1601). Het tracé verschijnt er echter volledig onbebouwd, met uitzondering van de hoeve "Ter Houtvyvere" (nummer 6). In 1787 wordt de gemene weide De Laere opgeheven en naar verluidt in gelijke delen verdeeld onder de acht aangelanden. De bestemming blijft tot op heden een weiland.
Op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) wordt de straat het nummer "Chemin n° 26" toegekend; de straat wordt omschreven als "Chemin de la route de Courtrai au hameau de Laeres a Lophem" met de naam "Laerestraet".

In 1898 laat het gemeentebestuur het wegdek van de Vliegweg, de Larestraat en een deel van de Wilgenbroekstraat verbeteren met afval van stenen uit de Waalse groeven. Dit moet de toegang tot de zuivelfabriek van baron Peers (zie Nieuwburgstraat nummer 32) vergemakkelijken.
Heden landelijke weg met verspreid gelegen hoevebebouwing, al dan niet met behouden agrarische functie. De straat kruist eerst de Aan Himpensbeek, een bovenloop van de Marsbeek die ontspringt ten zuiden van de Bosdreef op Waardamme. Vervolgens loopt de weg ook over de Marsbeek, die zeker al sinds 1661 deze benaming draagt. De beek is eveneens afkomstig van het grondgebied van Waardamme, ter hoogte van de Sijslostraat.

Van de oorspronkelijke bebouwing, die volgens het historisch kaartmateriaal (o.a. landmetersarchief Peper) zeker teruggaat tot de 17de-18de eeuw (zie nummer 74), blijft vandaag nog weinig over. Voornamelijk 19de-eeuwse en begin 20ste-eeuwse bebouwing. Nummer 6. Voormalige hofstede "Ter Houtvyvere", gelegen op de wijk ten Daele, op het perceel op de hoek met de Kortrijksestraat. Voormalig leengoed van de heer van Nieuwenhove, jonker Philippe de Stappens. Op de Pourbuskaart wordt al bebouwing weergegeven; ook op de Kabinetskaart der Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op het initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778), en op een plan van 1791 aangeduid als een omwald "casteel" met een park in Franse stijl. De dreven in dit park zijn duidelijk te herkennen op de kadastrale plannen van 1809-1810 uit het Rijksarchief te Brugge (zie afbeelding). Thans zwaar gerestaureerd, doch bewaarde eind 19de-eeuwse volumes. Woonhuis, waarvan de nok evenwijdig is gelegen met de Kortrijksestraat, van drie traveeën en twee bouwlagen met een ten zuiden aanpalende schuur, thans vermoedelijk in gebruik als leefruimte zie de deurvensters vervangen de schuurpoort.

Nummer 17, hoeve "Groenhove", naam toegekend in 1975 naar aanleiding van de actie van de Heemkundige Kring van Oostkamp; bestaat thans uit een recent woonhuis met bewaarde schuur met uilengat (deels vervallen). Nummer 68, hoevetje dat reeds wordt weergegeven op het primitief kadasterplan (circa 1835), met een dwars op de weg geplaatst boerenhuis; behouden volume, doch bepleisterd en voorzien van vernieuwd schrijnwerk. In het verlengde liggend bijgebouw onder een dak van golfplaten.