Straat ten zuidwesten van het centrum van Oostkamp, gelegen ten zuiden van de autostrade Brussel-Oostende (E40). Straat met bochtig verloop, die thans loopt van de Larestraat naar het kruispunt van de Kuipen- en de Larestraat.
De straat maakte tot de jaren 1930 deel uit van de historische noord-zuidverbinding beginnende vanaf de huidige Wilgenbroekstraat, die via de Boudewijn- en de Fabiolalaan doorliep naar de Kuipenstraat. Samen met de vermelde straten weergegeven de Grote Kaart van het Brugse Vrije van Pieter Pourbus (1561-1571), gekopieerd door Pieter Claeissens (1601), waarop enkel de hoeve "Het Groene" (cf. nr. 20) wordt afgebeeld. Volgens De Flou wordt de huidige benaming voor het eerst vermeld in 1660. Het straattracé wordt deels weergegeven op de Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden, opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (1770-1778): de toenmalige Vliegwegh beperkt zich tot het tracé ter hoogte van hofstede "Het Groene" (cf. nr. 20) en vertoont verder geen bebouwing. Zelfde situatie in de 19de eeuw. Op de Atlas der Buurtwegen (circa 1843) wordt de straat samen met de huidige Boudewijn-, Fabiolalaan en Wilgenbroekstraat geregistreerd als "Chemin n° 12" en omschreven als "Chemin du hameau de Steenbrugge à Lophem et Wardamme", zogenaamd "Wulgebroekstraat". In 1898 oordeelt het gemeentebestuur dat het van het grootste belang is het wegdek van de toenmalige Wilgenbroekstraat, te verbeteren met afval van stenen uit de Waalse groeven.
Het huidig tracé komt pas tot stand bij de aanleg van de autosnelweg Brussel-Oostende (E40), eerst in de jaren 1930 - cf. mutatieschets van 1943 - later herbegonnen en afgewerkt in de jaren 1950. De vijver gelegen in een bocht van de weg is aangelegd in 1937-1938 in functie van die autobaan. Sindsdien amper veranderd, behalve sinds het midden van de jaren 1960 door de bouw van diepvriesverwerkingsbedrijf Fribona (nr. 23), ontworpen en gebouwd rond 1965 naar de plannen van ingenieur-architecten Vivian Desmet en J. Depuydt. Het complex, dat in de jaren 1960 een niet onbelangrijk ontwerp was (cf. artikel in het tijdschrift Architecture) bestaat uit drie duidelijk van mekaar gescheiden volumes met name de burelen die in oorsprong ontworpen zijn om mogelijk uit te breiden in de hoogte, de hermetisch afgesloten fabriek (want alle ruimtes binnenin zijn speciaal gekoeld), en de vrijstaande conciërgerie. Bureaublok thans aangepast qua parement en venster/gevelindeling.
Eind jaren 1980 uitbreiding van de bestaande, oude hoevebebouwing met industriële loodsen e.d. (cf. nr. 20) voor de diepvriesopslag van allerlei groenten, oorspronkelijk afkomstig van de grote akkers in de omgeving, thans bestemd voor producten van buiten de gemeente.
Niettemin straat met voornamelijk landelijk karakter, weliswaar zwaar gehavend door de komst van de autostrade; waardevol hoevebestand (cf. nr. 20).

KADASTERARCHIEF WEST-VLAANDEREN TE BRUGGE, 207: Mutatieschetsen, Oostkamp, 1938/33, 1943/2.
RIJKSARCHIEF BRUGGE, Verzameling kaarten en plannen, nr. 1618: Kadastrale kaarten van Sijsele, Oostkamp, Zedelgem en Sint-Kruis, 1810.
RIJKSARCHIEF BRUGGE, Kaarten en plannen Mestdagh, nr. 1105: Plan van eigendommen, eigendom van Isabelle en Jeannette Beaucourt, 19de eeuw.
CLAEYS G., De gemeente Oostkamp, boek twee, Handzame, 1981, p. 243.
CLAEYS G., Kroniek van Oostkamp, Brugge, 1985, p. 350.
DE FLOU K., Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne, en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Brugge, 1935, deel XVI, kolom 626.
DESOETE S., GERVOYSE P., VANDEN BERGHE P., Oostkamp, Beeld in beweging, Oostkamp, 2000, p. 80-81.
Usine de congélation Fribona à Oostkamp, in Architecture, vol. 73, 1966, p. 472-475.