De Lange Achteromstraat is een vrij korte, rechte straat haaks op de Korte Achteromstraat. Samen vormen ze een hoek tussen de Sint-Laureisstraat en de Broederminstraat. De straat is gelegen in de uiterste zuidoostelijke punt van de verkaveling van het Zuid, getekend in 1875. De haaks op elkaar liggende Lange en Korte Achteromstraat werden in 1885 getrokken om het brede rechthoekige bouwblok tussen de Sint-Laureis- en de Lange Batterijstraat in te delen in kleinere percelen, overeenkomstig de arbeiders- en bescheiden middenklassewoningen die men in deze buurt voorzag. De straat werd genoemd naar afspanning "De Achterom" die op de hoek van de Broedermin- en de Sint-Laureisstraat was gelegen en terug ging tot een hof van plaisantie.
De basisbebouwing van de straat bestaat uit eind-19de-eeuwse bescheiden woningen, doorgaans van twee traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak. Enkel in deze buurt van het Zuid, werden arbeidershuizen en kleine middenklassewoningen voorzien. De overheersende bouwstijl is ook in deze straten neoclassicisme, de bouwstijl die het homogene, unieke karakter van het Zuid heeft bepaald. Net als overal op het Zuid, wordt de witgeschilderde gevelrij hier en daar doorbroken door een bakstenen gevel.
Een opmerkelijke rij woningen is gelegen in het begin van de straat, van nummers 7 tot en met 17. Deze arbeidershuizen van twee/drie traveeën en twee bouwlagen werden gebouwd voor rekening van J. Adam-Van Kessel naar ontwerp van aannemer en metser P. Huygels. In 1886 werd een bouwaanvraag ingediend voor het eerste samenstel van 21 tot 25, een rij huizen in neoclassicistische stijl, waarvan men aan de twee centrale pilasters en de aparte drielichten op de verdiepingen het oorspronkelijke aparte karakter van dit ensemble nog kan aflezen. Detaillering en afwerking zijn echter verwijderd. Het jaar nadien begint men aan de realisatie van de aansluitende huizenrij van 7 tot 19, met huizen die afwisselend een neoclassicistische of een eclectische, bakstenen gevel kregen. Ook de kroonlijsthoogte en de indeling van de gevels verschillen licht van elkaar, waardoor niet onmiddellijk afleesbaar is dat het hier reeksbouw betreft. Een vrij goed bewaard voorbeeld van een neoclassicistisch huis, met fraaie waterlijsten voor de vensteropeningen, is nummer 9. Bij nummer 13 zien we het oorspronkelijke bakstenen parement, dat ook bij de belendende huizen aanwezig was.
De rij wordt verdergezet in dezelfde stijl, met een woning op nummer 5 met bakstenen gevel, gebouwd rond 1903 voor Meulders door Ch. De Doncker, die elders in de straat een tweede, identieke woning heeft gebouwd die nu niet meer herkenbaar is. Nummer 22 is een gelijkaardige woning, met een rood bakstenen gevel met zwart siermetselwerk, rond 1887 gerealiseerd voor Ch. Van Den Kieboom naar ontwerp van Leopold Van den Bosch.
Op nummers 33 en 35, twee bijna identieke neoclassicistische stadswoningen met expressieve gevelafwerking, die echter door een andere eigenaar en bouwmeester zijn gerealiseerd. Nummer 33 werd gebouwd rond 1885 voor rekening van J. Smits naar ontwerp van J.F. Jacobs. Nummer 35 volgende tien jaar later voor J. Huybrechts naar een ontwerp van Louis Van den Bergh; later werd een extra verdieping en mansardedak aan deze woning toegevoegd.
Een aantal huizen in de straat tellen drie bouwlagen en drie traveeën, waarmee ze tot de ruimere huizen in de straat behoren. Het zijn tevens voorbeelden van het meest voorkomende type huis op het Zuid. Op nummers 26 en 28 twee neoclassicistische burgerhuizen met achterliggende opslagplaats, die via een poortdoorgang is te bereiken. Nummer 28 werd rond 1910 gebouwd voor Auguste Leroy. Op nummers 27-29 een samenstel van twee eind-19de-eeuwse neoclassicistische burgerhuizen met verzorgd parement.
Een totaal ander type bebouwing is te vinden op de zuidelijke hoeken van de Lange Achteromstraat. Begin 20ste eeuw werd het huizenblok op de hoeken van de Broederminstraat met de Sint-Laureis- en de Lange Achteromstraat afgebroken, onder meer de herberg "Achterom". De nieuwe percelen werden bebouwd met hoge burgerhuizen, winkelhuizen en meergezinswoningen met veelkleurige eclectische parementen, onder meer de panden in de Lange Achteromstraat 2-4. Een gelijkaardig opbrengsteigendom vinden we terug op 30. In het interbellum werd de huizenrij vervolledigd. Twee identieke, kleine woningen werden in 1929-1930 gebouwd naar ontwerp van J. Covents: nummer 6 voor weduwe Laurent Dua en nummer 14 voor weduwe Van Frayenhoven.
Auteurs: Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Omvat
Eclectisch ensemble
Is deel van
Het Zuid
Is gerelateerd aan
Korte Achteromstraat
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Lange Achteromstraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/11770 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.