Gelegen tussen de Koningin Astridlaan en de Schuttersvest. Aangelegd op de afgevoerde vesten in de tweede helft van de 19de eeuw. Behoorde tot in 1898 tot de Schuttersvest. Zogenaamd naar de Mechelse botanicus P.J. Van Beneden (1809-1894), zie standbeeld uit het einde van de 19de eeuw midden een graspleintje op het einde van de laan, nabij de Schuttersvest.
Homogene bebouwing uit de tweede helft van de 19de en het begin van de 20ste eeuw verstoord door hogere appartementsgebouwen opgetrokken uit samengevoegde percelen. Veelal ongewone, heden gecementeerde of gedecapeerde burgerhuizen met eenvoudige lijstgevels, van drie traveeën en drie bouwlagen. Getoogde of rechthoekige muuropeningen; arduinen lekdrempels (nummers 11, 12, 37-41, 43 met art-deco-inslag, 45 en 61-65). Enkele panden zijn verfraaid met balkons (nummers 8, 44, 57, 59 en 62).
Ook meer uitgewerkte burger- en herenhuizen (nummer 48), onder meer door gebruik van sierlijke balkons en stucomlijstingen. Enkele panden maakten oorspronkelijk deel uit van reeksen, onder meer nummer 51-55: oorspronkelijke reeks van bepleisterde 19de-eeuwse lijstgevels met getoogde muuropeningen in stucomlijsting met sluitsteen; spiegelversiering op borstweringen en houten kroonlijst op uitgewerkte consoles (nummer 51 heden aangepast, nummer 55 gedecapeerd). Nummer 18-24: gelijkaardige reeks doch met casementversiering.
Nummers 5-7 en 23-27: eenvoudige gecementeerde lijstgevels van twee à drie traveeën en twee en een halve of drie bouwlagen met rechthoekige muuropeningen in vlakke omlijsting. Nummers 37-41: gecementeerde enkelhuizen van drie traveeën en drie bouwlagen; getoogde of rechthoekige muuropeningen; bel-etage met deurvenster en balkon voorzien van ijzeren hek; arduinen deuromlijstingen; houten kroonlijst op klossen.