Geasfalteerde straat beginnend bij de Wellingstraat en eindigend op het grondgebied Oostkamp. De straat loopt langs het tracé van de E40. Vanouds een belangrijke verbindingsweg tussen Brugge en Ruiselede waarlangs zich meer herbergen bevonden dan in het dorp zelf. Staat afgebeeld op de kaart van het Brugse Vrije van de hand van Pieter Pourbus (1561-1571). Op de kaart van Ferraris (1770-1778), weergegeven met een recht tracé doorheen de bossen van Bulskampveld (zie algemene geschiedenis van de veldontginnigsgebieden). Oorspronkelijke naam "Heirweg". De huidige naam slaat op de straat en de wijk waarin de straat gelegen is. De naam "Drie Koningen" is ontleend aan een herberg die hier op het kruispunt met de Heirweg stond. De herberg werd voor het eerst vermeld in 1565. De herberg "Drie Koningen" was de oudste op het grondgebied Beernem. Op het perceel van de vroegere herberg "Drie Koningen" werd een nieuwe villa gebouwd (Drie Koningen nummer 13). Oorspronkelijk ook de locatie van de historische hoeve "Oude Paterij", verwijzend naar een hoeve die in 1562 door de paters karmelieten werd gehuurd. In de 18de eeuw vermeldt het archief van de paters karmelieten te Brugge "t huys van de drij bellen nu onse residentie met capell". Deze kapel zou gebouwd zijn circa 1710. Na de Franse revolutie werd alles als zwart goed verkocht en bleef enkel de hoeve bewaard, in de volksmond "de oude paterij". Deze hoeve werd gesloopt circa 1970.
De huidige naam verwijst ook naar het nabijgelegen kasteel "Drie Koningen", sinds 1802 hier aanwezig. Op het primitief kadasterplan van 1830 aangeduid als "Ruysseleedschen aardeweg" met verspreide bebouwing.
Het eerste straatgedeelte wordt gekenmerkt door een bosrijk karakter en aanwezigheid van het kasteel "Drie Koningen". Het kasteel "Drie Koningen" met bijhorende conciërgewoning, koetshuis, en hovernierswoning is ingeplant op een groot domein. Het tweede straatgedeelte is schaars bebouwd, oorspronkelijk lagen hier verschillende herbergen met name "Drie Koningen", vermeld in 1779. Op de Ferrariskaart van 1770-1778 ook aangeduid als "de dry Coninghen Cabaret". Vanaf 1807 is er sprake van "Oude Driekoningen" (Drie Koningen nummer 13) en "Nieuwe Driekoningen" (Drie Koningen nummer 14).
DEBBAUT R., De Beernemse herbergen in 1807, in Bos en Beverveld, jaarboek 2006, p. 169.
RYSERHOVE A., Geschiedenis van Beernem. Een heemkundige studie, Handzame, 1979, p. 105-106.
RYSERHOVE A., Rond de oude Paterij, in Bos en Beverveld, jaarboek 1988, p. 10.
VLAMYNCK J., Herbergen te Beernem, in Bos en Beverveld, jaarboek 1980, p. 7.
VLAMYNCK J., Herbergen te Beernem (2), in Bos en Beverveld, jaarboek 1988, p. 85-86.
Bron: GILTÉ S. met medewerking van BAERT S. 2007: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Beernem, Deelgemeenten Beernem, Oedelem en Sint-Joris, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL31, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Gilté, Stefanie Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)