Straat beginnend bij Weg naar Sint-Kruis en eindigend bij Zomerstraat-west. Kronkelend verloop met verschillende vertakkingen. Deels gekasseide en deels geasfalteerde weg loopt gedeeltelijk langs het domein "Ten Torre".

Opgenomen als ankerplaats zogenaamd "Ryckevelde" in de Landschapsatlas. De ankerplaats ligt in de driehoek gevormd door Sint-Kruis (gemeente Brugge), Assebroek (gemeente Brugge), en Sijsele (gemeente Damme), met een zuidelijke uitloper tot de vallei van de Bergbeek (ten noorden van Oedelemberg). De Loweiden en omgeving liggen in de gemeente Beernem. Deze ankerplaats ligt op de Pleistocene dekzandrug van Gistel-Stekene-Maldegem-Verrebroek. Door de arme zandgrond was dit gebied tot de 18de eeuw een veldgebied dat dienst deed als gemeenschappelijke graasgrond met heidevegetatie en verspreid een vijver. In de 18de eeuw en begin van de 19de eeuw werden deze minder goede landbouwgronden, onder impuls van de Oostenrijkers, aanvankelijk met loofbomen bebost, later met naaldbomen. Het landschap wordt gestructureerd door het reliëf en de hydrografie.

Het kasteel "Ten Torre" (zie Ten Torre nummer 11) heeft een toegangsdreef en wordt omgeven door een waterpartij. Het domein was vroeger een jachtgebied voor het Franse hof waar o.a. een jachtpaviljoen stond. Vanuit de omgeving heeft men vista's naar het kasteel en de aanpalende bijgebouwen. Onder meer Ten Torre nummer 10, een volledig heropgebouwd volume, oorspronkelijk in gebruik als een hovenierswoning bij het kasteel "Ten Torre" zie Ten Torre nummer 11. Ten westen van het kasteel "Ten Torre" ligt de hoeve "Ter Leiden" (Ten Torre nummer 7) die omringd is door een walgracht en vrij gaaf bewaard is. De walgracht wordt geaccentueerd door begeleidende bomenrijen. Ook ten noordwesten van kasteel "Ten Torre" liggen enkele percelen met hakhout en heidevegetatie. In het zuidoosten loopt de dekzandrug over in Oedelemberg wat landschappelijk ook tot uiting komt. Het landschap wordt veel opener zonder perceelsrand begroeiing en dreven; men treft er meer bebouwing (voornamelijk landbouwbedrijven) aan. Van hieruit heeft men een zicht op de noordelijke flank van Oedelemberg. In het zuiden van de ankerplaats ligt het Land- en Tuinbouwinstituut dat zich op de overgang tussen dekzandrug en de achterliggende Assebroekse Meersen bevindt. Het landschap heeft een half open karakter door de afwisseling van gesloten boscomplexen en half open weilandpercelen.