Geografisch thema

13e Liniestraat

ID
12402
URI
https://id.erfgoed.net/themas/12402

Beschrijving

Korte straat met licht dalend verloop die vanaf het kruispunt Rijksweg-Stationstraat zuidoostwaarts in de richting van de Leie loopt. Wordt in 1843 samen met een stuk van de latere Rijksweg "Kasteeldreef" genoemd en beschreven als: "chemin de Wielsbeke à Oostroosebeke", zie Atlas der Buurtwegen (1843). Tot voor de Tweede Wereldoorlog loopt de straat slechts tot aan de kerk. In 1941 wordt ze doorgetrokken naar de Leie toe en geeft ter hoogte van de Oude Leiearm aansluiting op de Leiegoedstraat. In 1957 wordt de straat genoemd naar het 13de Linieregiment van de 8ste Infanteriedivisie, de Belgische militaire eenheid die er van 23 tot 26 mei standhield aan de Leie tegen een Duitse overmacht.

Hier situeert zich voor de Tweede Wereldoorlog het historische dorpscentrum van Wielsbeke. In plaats van heropbouw of herstelling van de in 1940 verwoeste kerk kiest men onder impuls van pastoor Laga voor een volledig nieuwe kerk op een andere locatie. Bij de bouw van de nieuwe kerk in 1952-1955 wordt een nieuw dorpscentrum gecreëerd aan de Molenhoek (zie Markt).

De eerste kerk van Wielsbeke wordt vermoedelijk langs de Leie gebouwd circa 1400. Tijdens geuzenberoerten in 1578-1579 wordt het interieur van deze kerk verwoest. Het hoogaltaar met relikwieën van de martelaren van Trier wordt in 1627 geconsacreerd door bisschop Antonius Triest, wat er op wijst dat de kerk weer is heropgebouwd. Op een kaart uit het tiendenboek van de Sint-Maartensabdij van Doornik (1639) wordt een tweebeukige kerk afgebeeld zonder toren. Gedurende de 17de eeuw worden ingrijpende herstellingen uitgevoerd. Rond de kerk stonden zeven kapelletjes van Onze-Lieve-Vrouw van de Zeven Weeën.
De kaart van de "Kerk- en Hamwyck" in het Landboek van Wielsbeke (1720) stelt een kerkgebouw voor met centraal geplaatste zuidelijke toren. Een schets van de hand van Sr. De Bal uit circa 1762 beeldt een kerk onder één zadeldak af, met lager koor en zuidelijke toren boven de sacristie.
In 1765 is de oude Sint-Laurentiuskerk in slechte staat en moet worden hersteld. Tevens is er de vraag naar een groter kerkgebouw. Als tiendheffer en bijgevolg verantwoordelijk voor het kerkelijke gebouwenbestand van de parochie, is de abdij van Sint-Maarten uit Doornik niet geneigd financieel tussen te komen. Daarop stelt de Raad van Vlaanderen een onderzoek in naar de volledige staat van de kerk. De Sint-Maartensabdij van Doornik stelde in 1776 een verdere herstelling en vergroting voor, de inwoners en het kerkbestuur van Wielsbeke opteerden voor een nieuwe kerk. De plannen worden opgemaakt door Jacobus-Franciscus De Clerck, in 1778 wordt met de bouw van de nieuwe kerk begonnen. Dit kerkje wordt afgebeeld op een lavistekening van de hand van Serafijn Vermote (1813).
In de laatste decennia van de 19de eeuw krijgt de kerk onder impuls van pastoor Soenens een nieuwe inboedel, talloze nieuwe beelden, gewaden etc. De Tieltse stadsarchitect Gustaaf Hoste wordt in 1889 geconsulteerd voor het bouwen van een nieuwe kerktoren en voor herstellingswerken aan dak en ramen. De werken worden toegewezen aan Gustaaf Vandenborre uit Kortrijk en aangevat in 1890. Ook de middenbeuk wordt herbouwd en het koor gewijzigd, dit alles in een neoromaanse stijl. Tijdens het interbellum maakt beeldhouwer Georges Vandemoortele (1891-1978) uit Wielsbeke een nieuw timpaan boven de hoofdingang van de kerk.
Bij de gevechten in de meidagen van 1940 brandt de kerk volledig uit. De interieurinrichting wordt grotendeels vernield. Een Mariabeeld overleeft de vlammenzee en wordt na restauratie in de nieuwe kerk geplaatst. In 1956 wordt de kerkruïne afgebroken, het omliggende kerkhof blijft bestaan. In 1957 wordt de kerkhofkapel opgetrokken, met incorporatie van het vroegere kerkportaal met timpaan.

In het eerste kwart van de 18de eeuw is in de straat slechts een diffuus verspreide bebouwing waar te nemen, zie kaart van de "Kerk- en Hamwyck" in het Landboek van Wielsbeke (1720). Ten noorden vlakbij de kerk lag de pastorie, ten zuiden lag de dorpshoeve "Goet te Vaetene", een pachtgoed in bezit van de familie de Crombrugghe. In 1750 worden herstellingen uitgevoerd aan de pastorie, het huis wordt verlengd, verhoogd en van een nieuw dak voorzien.
In de loop van de 18de eeuw ontwikkelt zich een dorpskern, op de Ferrariskaart (1770-1778) komt ten noordoosten van de kerk aan weerszijde van de straat aaneengesloten bebouwing voor.
In 1914 wordt een nieuwe pastorie gebouwd naar ontwerp van Jules Carette uit Kortrijk. Ter hoogte van de pastorie bevonden zich voor 1941 langs straatzijde twee eenlaagswoningen.

Door de gevechten in mei 1940 wordt een groot deel van de bebouwing beschadigd of vernield. In 1941 verschijnt nieuwe vervangende bebouwing.
Nummers 5-7, twee burgerwoningen van twee bouwlagen en oorspronkelijk elk vijf traveeën onder zadeldaken in zwarte Vlaamse pannen, thans nummer 5 met gewijzigde muuropeningen en nieuw parement. Nummer 7 met linkertraveeën vervangen door garagepoort. Achter nummer 5 staan de restanten van een kleine ast. Nummer 2 samen met Stationstraat nummer 1 gebouwd in 1941 door weduwe en kinderen E. Beke-Opsomer, ter vervanging van oudere bebouwing die in puin was geschoten. Invloeden van art-deco-/pakketbootstijl, naar ontwerp van architect Ch. De Poorter uit Ingelmunster. Hoekvolume van twee bouwlagen in gele baksteen op witgeschilderde gecementeerde plint, onder pannen schild- en zadeldaken. Kenmerkende verticale traplichten en een afgeronde hoekpartij.
Nummer 8, dorpshoeve "'t Goet te Vaetene", in geschiedenis opklimmend tot het begin van de 18de eeuw, zie voorkomend op de kaart van de "Kerk- en Hamwyck" in het Landboek van Wielsbeke (1720), bestaande uit een huis, schuur, stal, wagenhuis en bakhuis. In 1941 wordt de hoeve grotendeels heropgebouwd. De straat die eertijds stopte ter hoogte van de kerk wordt doorgetrokken over het vroegere erf van de hoeve heen, op de plaats van het voormalige woonhuis en landgebouw.

  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Wielsbeke, 1941/23.
  • Buitentekstillustratie, in Leiesprokkels 1999-2001, jaarboek 7, 2002, p. 216.
  • Provinciale Bibliotheek en Documentatiecentrum West-Vlaanderen, Iconografische Collectie, F8245: Wielsbeke (1813), Serafijn Vermote.
  • DELANGE M., Wielsbeke, in HOLLEVOET F., Als straten gaan praten..., Tielt, 2005, p. 269.
  • Dit is West-Vlaanderen: steden, gemeenten, bevolking, deel 3, Sint-Andries, 1962, p. 2116-2126.
  • MARTENS M.-C., In vogelvlucht over Wielsbeke, Wielsbeke, 1999, deel 2, p. 63-67.
  • VAN DE MAELE P., Wie was wie in Wielsbeke? Pastoor E. Soenens (1884-1912), in Leiesprokkels, jg. 4, nr. 1, 1985, p. 10-22.
  • VAN DE MAELE P., Wie was wie in Wielsbeke? Pastoor Vandersluys (1760-1791), in Leiesprokkels, jg. 2, nr. 3, 1983, p. 106-127.

Bron: SANTY P. & DEVOOGHT K. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Wielsbeke, Deelgemeenten Ooigem en Sint-Baafs-Vijve, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL36, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Santy, Pieter
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Omvat
    Gemeentelijke begraafplaats

  • Omvat
    Pastorie

  • Is deel van
    Wielsbeke


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: 13e Liniestraat [online], https://id.erfgoed.net/themas/12402 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.