Korte zuidelijke zijstraat van de Ridder de Ghellinckstraat, die evenwijdig loopt met de noordoostelijker gelegen Lindestraat en er aan zuidoostzijde mee in verbinding staat. Huidige naamgeving pas officieel aangenomen in 1956, zogenaamd naar wijk "de Kat" (1902) of de "Kathoek" (1907). Het noordwest-zuidoost georiënteerde tracé met aansluiting op de Ridder de Ghellinckstraat wordt nog niet weergegeven op de Atlas Buurtwegen (1843), wel maakt het korte oost-west lopende straatdeel onderdeel uit van "den langen voetweg" die langsheen "de Boffon" aansluiting geeft op de Molenstraat. Bij de bouw van nieuwe huizen in 1929 was de straat nog niet aangelegd.

Enkele eenlaagswoningen teruggaand op oudere volumes, thans vernieuwd. Onder meer nummer 14, haaks op de straat georiënteerd onder half schilddak, met nieuw gevelparement. In het interbellum verschijnen enkele bijkomende kleine woningen, enkelhuizen van twee traveeën met getoogde muuropeningen. Nummers 1-3, werkmanswoningen van anderhalve bouwlaag onder zadeldak, opgetrokken in 1929 voor een werkman en een vlaswerker. Nummer 8, van één bouwlaag onder mansardedak, wordt in hetzelfde jaar bij kadaster geregistreerd. Overige bebouwing bestaand uit enkele vrijstaande eengezinswoningen uit de tweede helft van de 20ste eeuw.