Korte verbindingsstraat met licht geknikt tracé tussen de Gentstraat ten noorden en de Oude Diksmuidse Boterweg ten zuiden, waarvan het onbebouwd tracé weergegeven wordt op een kaart bij het landboek van 1654-1656. Op de Atlas der Buurtwegen (1846) gekend als "Kortstraetje" of "vereenigingsweg tusschen de wegen genaemd Ouden Dixmudschen Boterweg en Gendschestraet".

In de 19de eeuw wordt op de westelijke hoek met de Gentstraat de "Kortstraatjenmolen" opgericht, een houten molen die later afgebroken wordt.
Woonfunctie. Nummer 3, voormalige hoeve waarvan het woonhuis met geïntegreerde schuur, haakse bijgebouwen en bakhuis (later afgebroken) op het primitief kadasterplan (circa 1830) weergegeven worden. Woonhuis met verankerde roodbakstenen gevel en hoge gecementeerde plint onder vernieuwd zadeldak (nok loodrecht op straat); getoogde muuropeningen onder strek; witgeschilderde, gecementeerde en van schijnvoegen voorziene westzijgevel met lage aanbouw onder lessenaarsdak; tegen aanpalend muurtje, betonnen pijlers met ijzeren hek.

Nummers 2 en 6, gerenoveerde eenlaagse werkmanshuisjes uit het interbellum met roodbakstenen lijstgevel, gecementeerde plint en muuropeningen met betonnen latei onder zadeldak (nok evenwijdig met straat; mechanische pannen).

Nummer 4, enkelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder pannen zadeldak met getoogde muuropeningen onder strek (schuiframen) en beglaasde deur met getoogd bovenlicht. Zijgevel met getoogd zoldervenster, T-raam met verticale roedeverdeling waarin gekleurd glas en lege rondboognis in bakstenen omlijsting. Zijtoegang via betonnen pijler met ijzeren bekroning en ijzeren hek. Achterliggend haaks bakstenen bijgebouw met poort, laaddeur en aanvlieggaten in top.

Aanvullende, al dan niet vrijstaande eengezinswoningen daterend uit de tweede helft van de 20ste eeuw.