Bochtige, smalle weg tussen de Bruggestraat en de Abeelstraat. Een knok is een bocht of knik, de straat sluit aan op de bocht van 90° graden die de Bruggestraat hier maakt. Dit kruispunt wordt al meerdere eeuwen "den Cnock" genoemd, tevens de naam van een herberg (zie nummer 1). Op de "Grenskaart tussen de kasselrijen Kortrijk en de Oudburg" van 1627, geschilderd door landmeter Lodewijk de Bersacques is er sprake van "van dar west lancx den voetwech tot de strate van Ruusselede nar Brugghe…van dar noort tot den Cnock van de strate". Oorspronkelijk een voetwegel, op de Ferrariskaart (1770-1778) deeluitmakend van de wegel leidend naar de driesprong van de Bruggestraat met de Schietspoelstraat en de Abeelstraat. Op de Atlas der Buurtwegen (1842) volgt de "Wyngensche Voetweg" het huidige tracé. Verderop komt op 19de-eeuwse kadasterplannen het toponiem "Den Galgenhoek" voor. Op de hoek met de Bruggestraat zou zich de galg van de heerlijkheid Poeke hebben bevonden.
Noordwaarts kruist de weg de Poekebeek waarover een bruinbakstenen boogbrug met recentere roodbakstenen balustrade.
Landelijke straat, van oudsher verspreide bewoning met aan het kruispunt met de Bruggestraat een concentratie van lage huizen (nummers 1-7, 2-4) zoals te zien op het primitief kadasterplan (circa 1830) Oudste bebouwing zeker opklimmend tot de 18de eeuw zie de hoeve nummer 25. Nummer 29 staat als site aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778), het gerenoveerde woonhuis dateert van circa 1882.
Nummer 15 is een vrijstaand, laag dubbelhuis uit het eerste kwart van de 20ste eeuw, bruine baksteen gecombineerd met rood voor de travee-indeling, strekken en siermetselwerk.
Zeker vanaf 1840 aanwezigheid van de * "Knokmolen" (zie nummer 10), beschermd als monument bij K.B. van 20 september 1958.
Naast herberg "De Knok" stonden hier eertijds ook nog de herbergen "Den Akker" en "Sebastopol" (huidig nummer 20).
- Archief Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen - Onroerend Erfgoed, Archiefnummer W/00690.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Ruiselede, 1882/9.
- BRAET M., Verklaring van de Ruiseleedse straatnamen, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 23, nummer 1, 2006, p. 17-18.
- DEGUFFROY G., DEPREDOMME J., Ruiseleedse plaatsnamen, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 10, nummer 4, 1993, p. 169, p. 175.
- DEPREDOMME J., Ruiseleedse gebouwen en plaatsnamen op de Grenskaart van 1627, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 2, nummer 2, 1985, p. 87-92.
- VAN WONTERGHEM E., Inventaris van de Ruiseleedse herbergen, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 19, nummer 2, 2002, p. 55, p. 59.