Kronkelende weg tussen de Abeelstraat en de Wingenesteenweg, verbinding tussen de wijken 't Zwijntje en 't Haantje. Op de Atlas der Buurtwegen (1842) vormt de straat een geheel met de Brandstraat en staat beschreven als "Chemin du hameau het Zwijntje par la forge Vandewalle à l'endroit dit Dischveld" of "Brand Straet" en "Smisse Weg". In de eerste helft van de 19de eeuw was er blijkbaar een smidse actief langs de weg. Kruist de Klaphullebeek, op de Atlas aangeduid als "Bankebeke".
Van oudsher een landelijke weg. Op de "Grenskaart tussen de kasselrijen Kortrijk en de Oudburg" van 1627, geschilderd door landmeter Lodewijk de Bersacques, staan een aantal gebouwen (ter hoogte van de nummers 1, 3, 5, 6, 8, 9, 10, 12) langs de Smisseweg getekend.
Nummer 12 is de hoeve "Klein Goed ter Vlaagt" (zie Vlaagtweg) behorend tot de heerlijkheid Maalstapel en daarom ook "Goed te Maalstapel" genoemd. Deze heerlijkheid is een achterleen van de heerlijkheid Vinderhoute-Merendree, afhankelijk van het prinselijk leenhof van Dendermonde. De gronden van Maalstapel bevinden zich tussen de Abeelstraat en de Klaphullebeek en reiken tot aan de grens met Schuiferskapelle. De heerlijkheid heeft een eigen rechtspraak, met een galg op de hoek van de Galgen- en Grietjensgalgestraat en een (verdwenen) molen, de "Maalstapelmolen" (hoek Vlaagtweg/ Groene Sprietstraat). Oudst gekende vermelding van de molen dateert van 1434, in 1551 is er sprake van een windmolen die zowel olie stampt als schors maalt. In 1620 zouden de ridders van Malta, eigenaars van het "Groot Goed ter Vlaagt" (zie Abeelstraat nummer 37), het "Klein Goed ter Vlaagt" bezitten. De huidige hoeve, nu met vernieuwde gebouwen, zou niet verder teruggaan dan 1784.
Voorts verspreide hoevebouw zoals te zien op de Ferrariskaart (1770-1778). Deze situatie is tot op heden grosso modo bewaard gebleven. Oudste bebouwing opklimmend tot het eind van de 18de eeuw zie nummer 23. Nummer 21 is het "Bankers goed", gelegen ten noorden van de Bankebeke of Klaphullebeek, volgens De Flou in 1644 beschreven als "'t Lant dat gaet met den goede te banckers onder moeracker", tegenwoordig een modern bedrijf met nieuwe gebouwen.
- BRAET A., De onbekende molen van Maalstapel, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 4, nummer 1, 1987, p. 15-20.
- BRAET M., Tempeliershoeve ter Vlaegt en de Orde van Malta te Ruiselede, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 21, nummer 4, 2004, p. 156.
- BRAET M., Verklaring van de Ruiseleedse straatnamen, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 23, nummer 1, 2006, p. 32.
- DEGUFFROY G., Het Klein goed ter Vlaagt, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 13, nummer 4, 1996, p. 139-155.
- DEGUFFROY G., DEPREDOMME J., Ruiseleedse plaatsnamen, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 10, nummer 4, 1993, p. 168, p. 175.
- DEPREDOMME J., Ruiseleedse gebouwen en plaatsnamen op de Grenskaart van 1627, in Oud Ruysselede. Heemkundig Tijdschrift Doomkerke, Kruiskerke, Ruiselede, jg. 2, nummer 2, 1985, p. 87-92.