Voornaamste verkeersas van de gemeente, een drukke transitbaan die de gemeente van noord naar zuid doorsnijdt en de verbinding vormt tussen Brussel en Bergen, zie benaming. Aangelegd in 1708 op een oud tracé van Brussel naar Halle; in 1830 had de weg een breedte van 18 meter en was hij afgebakend door één of twee rijen bomen, enkel het middendeel was verhard en de bebouwing was beperkt. Thans met gedeeltelijk geïndustrialiseerde omgeving en gekarakteriseerd door een zeer heterogene, meermaals verbroken lintbebouwing. Her en der bleven nog sporen van voormalige hoeven bewaard zoals het sterk aangepaste nummer 204 dat opklimt tot het derde kwart van de negentiende eeuw, kadastraal geregistreerd in 1865. Het nummer 341 omvat de uitgebreide bedrijfsgebouwen van de firma Schindler naar ontwerp van de architecten H. Van Kuyck en H. Stenne. Opvallend van vormgeving is ook het nieuwe postgebouw (nummer 180) uit het midden van de jaren 1990.
In het zuidelijke gedeelte, ter hoogte van het kruispunt met de Pijnbroekstraat ligt de wijk Brukom, een van de belangrijkste van Sint-Pieters-Leeuw. Men heeft er het knooppunt van drie beken: de Labbeek, de Rodebeek en de Pijnbroekbeek. Vermoedelijk vindt de benaming Brukom hierin zijn oorsprong aangezien het een Germaans toponiem is in de betekenis van woning in of nabij een broek. De eerste vermelding als "Brukehem" dateert van 1225 en is te vinden in een charter van de cisterciënzerabdij van Ter Kameren die hier lange tijd vele bezittingen had; zo is het huidige Hof ten Brukom (nummer 711) een voormalige abdijhoeve van Ter Kameren die opklimt tot de tweede helft van de achttiende eeuw.
Een feodale motte beheerste de overgang van de Pijnbroekbeek en de Rodebeek; tot in de negentiende eeuw zijn hiervan nog sporen te zien in cartografische bronnen, onder meer in het Kaartboek van het Sint-Elisabethgasthuis van Brussel (1738 door H. Van Wel). Dit boek bevat een duidelijke tekening van het complex dat bestond uit een viertal gebouwen waaronder een toren met barokgetinte spits, vermoedelijk de donjon; de brede wal die het geheel omsloot grensde aan de steenweg.
Kadaster Vlaams-Brabant, mutatieschetsen Sint-Pieters-Leeuw, afdeling I, 1865/2 (nummer 204).
BOSMANS F., PERSOONS J. en VAN POUCKE E., Wegen en straten van het Negenmanneke, in Lewe, jaargang 22, nummers 1-3, 2003, p. 17-18.
Usines Schindler à Leeuw-St-Pierre, in Architecture 69, nummer 87, p. 365-370.
Bron: KENNES H. met medewerking van VAN DAMME M. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Gemeente Sint-Pieters-Leeuw, Deelgemeenten Sint-Pieters-Leeuw, Oudenaken, Ruisbroek, Sint-Laureins-Berchem en Vlezenbeek, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB8, onuitgegeven werkdocumenten. Auteurs: Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)