Landelijke straat in de noordwesthoek van de gemeente, die het verlengde vormt van de Sneppestraat vanaf het kruispunt met de Roterijstraat en verderloopt naar het noorden tot op grondgebied van Izegem.
In de 17de eeuw vermeld als "straete van Rousselaere naer Cortryck". Tegen het midden van de 18de eeuw wordt "de straete leedende van de magermerrie naer den geetebuck" gebruikt. De herberg "Maghermerie" wordt voor het eerst vernoemd in 1690, uitgebaat tot het derde kwart van de 18de eeuw, gelegen op de plaats van de huidige woning nummer 1. "Den Geetebuck" is een herberg op Izegems grondgebied. Op een kaart bij een processtuk uit 1767, wordt de straat als een geheel met de Sneppestraat beschreven als "straete naer den beijhaert" (herbergnaam, zie Beiaardstraat). In 1832 wordt de straat vermeld als "straete naer de Gheyte", op de Atlas der Buurtwegen (1847) samen met de huidige Sneppestraat als de "Geitestraat". In 1902 beschreven als leidende van "de Sneppen" naar "de Bosmolens" en beschouwd als één van de eerste en meest bewoonde straten van Lendelede. In het eerste decennium van de 20ste eeuw wordt de straat verhard met grind.
Op 19de-eeuwse kadastrale mutatieschetsen wordt frequent het toponiem "Sloorehoek" vermeld, als benaming voor de wijk tussen Geitestraat en Beiaardstraat, zogenaamd naar "de Sloore", een plaats te Izegem.
Voornamelijk agrarische en woonfunctie. Verspreide hoevebebouwing en kleine woningen. Restanten van 19de- en begin-20ste-eeuwse eenlaagsbebouwing onder zadeldak. Onder meer nummer 9, leegstaande oudere woning in gebruik als bijgebouw bij een nieuwer woonhuis. Reeds voorkomend op de Ferrariskaart (1770-1778) en de Atlas der Buurtwegen (1847). Aan noordzijde met sleepdak en kleine getraliede vensters. Nummers 4-8: 20ste-eeuwse eenlaagsbebouwing onder zadeldak, gewijzigde muuropeningen.
Restanten van vlasindustrie in de vorm van schuren. Tweebeukige vlasschuur in betonpanelen, horend bij Roterijstraat 26. Half vrijstaande bakstenen vlasschuur onder platte bedaking bij woning nummer 16: centrale metalen schuifpoort onder betonlatei met bovengaande mijtervormige gevelkapel. Links daarvan gedichte muuropeningen van een voormalige vlasserswoning of botehuis.
Aangevuld met alleenstaande eengezinswoningen uit de tweede helft van de 20ste eeuw.
- Rijksarchief Gent, Familiefonds, nr. 3558: Proces voor de Raad van Doornik, processtuk met plan (1767).
- DELAERE J., 75 Lendeleedse straatnamen, in Lethae, nr. 14, 1995, p. 20.
- DELAERE J., Geschiedenis van Lendelede tot 2000, Kortrijk, 2000, p. 309, 346, 553, 568.
- MEERSSEMAN P.A., Geschiedenis van Lendelede sedert aloude tijden tot 1902 in verband met de voornaamste gebeurtenissen uit de geschiedenis van ons dierbaar Belgenland en van ons roemrijk Vlaanderen, Lendelede, 1902, p. 160, 190.