Reeds vermeld in de 11de eeuw. Prehistorische vondsten wijzen op een vroege nederzetting. Heerlijkheid uit de kasselrij Aalst, van de 13de eeuw tot 1608 in het bezit van de afstammelingen van Otto II van Edingen (13de eeuw). Daarna verkocht aan de abdij van Beaupré, gesticht in 1228. In het Raspaillebos nabij een Onze-Lieve-Vrouwebedevaartsoord ontstond in 17de eeuw een klein klooster der Predikheren verkocht onder het bewind van Willem I en gesloopt.
Landelijke gemeente met licht golvend reliëf als uitloper van de Vlaamse Ardennen. Landschappelijk belangrijk onder meer door het Raspaillebos (in het zuiden). Dorpscentrum ten noorden op de rand van de alluviale Dendervallei. Woongemeente (620 inwoners, 441 ha) voor pendelaars met nieuwe bouw vooral in Neer- en Molenstraat. Heel beperkte industrie aan het Sas op de grens met Idegem.
Bron: D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. met medewerking van LINTERS A. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5n1 (A-G), Brussel - Gent. Auteurs: d'Huyvetter, Clio; de Longie, Bea; Eeman, Michèle Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)